aziegek.reismee.nl

Vietnamees...Vietnavalk zal je bedoelen ;-)

De grenspost aan de Cambodjaanse kant was een soort paspoort(uit)check-schuurtje. Maar het was dit keer niet meteen stempel zetten en een goodbye, maar moeilijke blikken op ons paspoort van drie grenswachten... We moesten zelfs vertellen hoeveel ons Vietnamese visum kostte en waar we het gekregen hadden... na een minuut of wat zwijgzaam afwachten, mochten we toch aan onze wandeling naar Vietnam beginnen. Was een schuurtje nog in verhouding met de locatie en drukte van de grensovergang, de Vietnamese grenspost daarentegen... een mega groot luxe gebouw. Geen idee waarom, want er was ook hier echt niets te doen... Geen drukte is ook altijd ellendig voor het regelen van een taxi, en na wat kansloos afdingen (er waren precies 2 toeristen en precies/alleen 2 motortaxi's) maar weer achterop geklommen, lekker knus met de grote backpacks op de rug en de kleine daypack in de hand. Gelukkig waren het niet zo'n lange 25 kilometers en op zich kun je op zo'n motor wel lekker rondkijken :D

Het Vietnam gevoel was ook gelijk terug. Al vrij snel na de grens doemden de kerkhoven weer op. Grote, kleine, kleurrijke graven en kriskras door elkaar heen en zomaar overal, midden in de landbouwvelden of pal naast de huizen. Sommige hebben een soort dakje waardoor het soms net miniatuurdorpjes lijken. Best apart. De uithangborden met het Vietnamese schrift met al haar (2 dubbele) accenten en de echte Vietnamese punthoedjes. En dan heb je natuurlijk nog de klederdracht van de Vietnamese vrouw. Die is echt bizar. Je moet bij de volgende opsomming even in je achterhoofd houden dat het hier erg warm is, zo'n 35+ graden. Wat ze gemiddeld aan hebben is het volgende: een lange broek met daaronder sokken of soms zelfs een panty, staat hartstikke leuk in je slippers ;-) Boven die lange broek hebben ze een trui of jas/vest en vaak beide. Vaak met capuchon en die wordt veelvuldig gebruikt. En dan zijn er nog de handschoentjes (met mouwen) of soms zelfs wanten??!, het mondkapje (zo groot dat het halve gezicht verstopt wordt) met allerlei verschillende designs en natuurlijk een mooie grote hoed. Tegen de kou is het dus niet, en oppassen voor de zon is heus verstandig hoor, maar is dit niet een tikkie overdreven??!

Wat ook nog wel typisch is hier in Azië zijn de mega grote hekken voor alle huizen. Echt hoge poorten met sloten en soms zelfs rolluiken om alles goed af te sluiten. Staat zo heerlijk gezellig... En dan zijn er nog de stoepen. Zijn die bij ons om op te lopen... hier zijn ze om je auto/motorbike/eetstalletjes (al hebben we met die laatste altijd wat minder moeite ;-) ) te parkeren. Of ze zitten zo vol gaten dat je niet fatsoenlijk kan lopen zonder op te letten of je niet het riool in stapt. Dus dan lopen we maar op straat, maar dan worden we doof getoeterd door alle motorbikes die bang zijn dat we hen niet zien ofzo. Bij het oversteken ook, je moet wel gewoon gaan lopen anders kom je nooit aan de overkant, en dan moet je opletten, dat snappen wij ook. En dat doen we ook hoor, mama's! Maar ze toeteren echt onbenullig, zelfs als we stilstaan om hen er langs te laten. Ze denken hier echt dat de blanke medemens constant in een staat van totale paniek kris kras over de straten gaat rennen ofzo?! Alsof dat getoeter nog niet genoeg is, staan bij alle elektronica zaken speakers buiten (soms hele muren) met keiharde (house)muziek! Daar werken die mensen dan de hele dag in??! Ze zien er nou niet echt party-proof uit in hun nette blouses haha. Wij hebben nog even overwogen om wat biertjes te halen en een dansje te wagen. Maar met ons tweetjes leek dat ook zo'n lullig gezicht...

Minder gezellig was het 'War Remnants' museum. Dat vol hangt met de meest gruwelijke foto's van wat de Amerikanen hier allemaal aangericht hebben. Massamoorden, martelingen (ondertussen met een big smile poseren voor de camera), gevolgen van napalm/fosfor bommen etc. En dan de gevolgen van de miljoenen liters ontbossingschemicaliën die ze hier rond gesproeid hebben, echt heel gruwelijk. Voornamelijk 'agent Orange', dat vol dioxine zit, zorgt er voor dat in sommige gebieden maar liefst 1 op de 3 kinderen met misvormingen geboren wordt. En dat gebeurt nog steeds...

Verder hebben we in Ho Chi Minh eigenlijk niet zo veel gedaan. Nog wel eventjes door China town gewandeld en een rondje langs alle tempeltjes gemaakt. Leuke tempeltjes trouwens! We waanden ons weer even in China. Ook moesten we nog even shoppen op de bazaar want Rogier had tijdens het tarzan spelen in de jungle zijn hele broek opengescheurd en nóg meer gaten in zijn t-shirt getrokken. Dit kon zelfs voor een backpacker echt niet meer. Dus voor 7 dollar maar even een nieuwe outfit gescoord.

Toen was het tijd om de Mekong delta te verkennen. Eigenlijk wilden we dit gebied met de motorbike rond cruisen, maar het huren van een motor ging niet echt vlekkeloos, dus uiteindelijk maar de bus gepakt.... en dat was dus niet zo'n goed plan...! Hadden we netjes een stoelnummer gekregen, werden we helaas in een bus eerder gedrukt en hadden we dus niks aan onze stoelnummers. Maar hé, het was een busritje van maar 3 uurtjes naar Ben Tré, dus okay we gaan we helemaal achterin zitten. Helaas had de meneer naast ons een beker hete thee bij zijn bagage staan, die hij bij die hij per ongeluk, in (voornamelijk) Rogiers schoot, liet vallen toen hij z'n tas wilde pakken. Althans we dachten dat het thee was, gezien de damp die er van af kwam... Maar in eerste instantie voelden we eigenlijk niks, en dat is toch gek bij hete thee... Ho wacht eens even, ik voel wel wat! En toen begon het wel heel erg te bijten. Ter illustratie: Elske stond op de bank te 'dansen'! Ja hallo!! Er brandt iets op mijn been en wordt alleen maar erger en het is hier zo krap dat ik niet kan zien wat het is, mag ik dan alsjeblieft even boven op de bank gaan staan om te kijken wat er gebeurt... Gelukkig kwam de meneer nog wel op het snuggere idee om gelijk een fles water over ons heen te gieten. 'Wat is dat voor spul??!!' Ammonia bleek het te zijn en dat bijt flink kunnen we zeggen. Na nog twee flessen water was de toestand soort van stabiel te noemen, maar had vooral Rogier toch wel de nodige geel/zwarte/rode brandplekken opgelopen. Toch maar besloten om weer in de bus te stappen want de 'dader' zou met ons naar het ziekenhuis gaan en dat leek ons toch wel verstandig. In het ziekenhuis begint gelijk een of andere gast te vragen of we een homestay willen doen??!?!? WTF?!?! 'We willen eerst eens weten wat er over ons heen is gegoten en wat we moeten doen...' Dus hebben we hem maar even vriendelijk verzocht ergens anders toeristen lastig te vallen ;-) Na ontsmet te zijn, kregen we ieders voor $10 aan medicijnen mee. Die bedoeld waren voor mensen die echt één grote gapende wond zijn (inclusief zware anti-stollingsmiddelen) en dat viel toch ook wel weer mee. Beetje zonde van het geld, maar daar kwamen we pas later achter... bovendien heeft die man alles betaald en daarna hebben we nog even gezellig samen op zijn kosten geluncht. We weten dat hij net een dochtertje had en een 'supervisor boss' was, maar waarom hij nou een potje ammonia bij had, is ons nog steeds niet duidelijk...

Daarna in de stadsbus echt naar het centrum van Ban Tré. Voor dat we vertrokken kwamen de verkoopsters met hun rieten punthoedjes en andere grote hoeden, pyjama's en natuurlijk verkoopwaar massaal de bus in. Op zich wel luxe hoor, zo'n persoonlijke verkoopster voor iedereen, en dat voor een buskaartje van zo'n 20 eurocent ;-) In Ben Tré schijn je een leuk boottochtje door de kleinere kanaaltjes van de Mekong te kunnen doen. Maar in de LP hadden ze er niet bij gezet dat je eerst meer dan een uur moet varen voor je bij die kleine kanaaltjes bent. En daarbij hadden we ook eens een meneer met de meeste brakke boot van heel Ben Tré gekozen en gingen we echt tergend langzaam... na maximaal een kwartiertje door die kleine kanaaltjes varen, keerde de boot al weer om... Wel een beetje jammer.

Onze verstandhouding met de gemiddelde Vietnamees werkzaam in het openbaar vervoer is ook niet echt goed te noemen... Vanaf Ban Tré hadden we een buskaartje naar Ha Tien gekocht. Helaas wilden de mensen van deze bus ons zo ongeveer nog een keer de prijs laten betalen voor onze tassen die ze op het dak wilden binden. Iets betalen is nog wel oke, maar zo veel... dat waren we dus niet van plan en dat zeiden we ook. Daarop begonnen ze te schreeuwen en met geld te zwaaien. 'Ja, jongens, we begrijpen heel goed wat jullie willen. We zijn blank, maar niet achterlijk, en ook zeker niet doof, maar geld voor ons tas betalen, gaat dus niet gebeuren.' Nadat ze nog tig keer met geld hadden gewapperd voor onze ogen en liepen te schreeuwen tegen ons, zijn we maar de bus ingestapt met onze tassen. Nou, je had ze eens moeten horen! Onze plekken waren alweer eens bezet, maar we konden nog wel naast elkaar zitten. En toen begon het geschreeuw om de tassen weer, die we inmiddels zo goed mogelijk tussen ons in en één in het gangpad hadden gezet. Nadat ze echt wel een tijdje tegen ons hadden staan schreeuwen, zwaaien met geld en wijzen naar de tassen en het dak, wenkte een meneer buiten dat we niet hoefden te betalen, maar dat de tassen wel op het dak moesten. Geen probleem! Dus Rogier nog wel even mee de bus op geklommen om te verzekeren dat de tassen vastgebonden werden en we ze 100 km verderop niet kwijt zouden zijn. Toen de busmevrouw (schreeuwwijf) dat zag, begon ze weer te krijsen en stak haar tong uit en maakte een gebaar alsof ze moest kotsen. Haha, ze was ons goed zat en toen moest de lange rit nog beginnen... maar verder hebben we geen last van elkaar gehad en kwamen we uiteindelijk, met tas en al, aan in Ha Tien. Elske & Rogier 1-0 Busmensen.

In Ha Tien is niks te doen, behalve de ferry pakken naar tropisch eiland Phu Quoc. Helaas was de laatste ferry al weg. Hadden we toch eerder uit moeten stappen en de langere ferry-oversteek in Rach Gia moeten nemen, waar we nog wel op tijd voor waren... Maar ja, zulke wijsheden ontdek je altijd pas achteraf :-( De volgende dag ging het toch echt gebeuren en kwamen we aan op Phu Quoc. Waar we gelijk weer ruzie hadden met de mensen van de bus, die ons vrolijk 5x de prijs vroegen van wat er in de lonely planet stond. Volgens hun was het maar liefst 45km naar het strand, wat fysiek toch echt onmogelijk was, zo groot was het eiland helemaal niet. Tenzij je alles wat recht is krom kunt praten. Volgens de LP was het toch echt maar 10km. Of ze ons dan konden aanwijzen op het kaartje waar we waren? Maar kaartjes zijn altijd lastig voor de mensen hier en er werd dan ook weer naar gekeken alsof het van een of andere buitenaardse planeet afkomstig was. Uiteindelijk besloten we maar de truc te doen: 'kijk wat de local betaald'. Maar wij moesten per se eerst betalen... wat we dus weigerden. Waarop de busboy aanstalten maakt om onze tassen uit de bus te gooien. Ho 'ns even! Dat gaat zomaar niet! Dus wij nog ff voet bij stuk gehouden... waarop de buschauffeur de bus stil zet en echt witheet op ons af komt stuiven en zo een van onze tassen naar buiten gooit. Dus besloten we, onder protest dat wel, om de bus maar uit te gaan. Omdat het er echt uitzag alsof er anders echt klappen gingen vallen. We kregen nog net geen trap na, al lagen z'n slippers wel her en der verspreid buiten de bus... Maar dat was uiteraard niet zo verstandig geweest van het busmeneertje. Elske & Rogier 1-1 Busmensen.

Dus plan B dan maar: liften. Maar door al het gesteggel waren bijna al onze liftkansen voorbij gereden... hmmz. Plan C dan maar: 10 km lopen met onze backpacks door de brandende zon. Voordeel was wel dat er een National Park op het eiland ligt en we dus mooi uitzicht hadden. Helaas bleek dat we helemaal niet waren aangekomen bij de ferry-port waar we dachten, maar bij een of andere obscure ferry-port in the middle of nowhere en we in plaats van 10 km een goede 30km moesten lopen... pffff Ok, dan was de busprijs iets minder absurd, maar zouden we nog steeds zijn opgelicht zijn, maar niet zo erg als dat we dachten... Maar goed, de bus was weg, dus ja. Na 10km door de brandende zon kwamen we aan in dorpje Bai Thom, waar we een motortaxi konden regelen naar het hotel. Wat ook al niet zonder slag of stoot ging, maar uiteindelijk waren we ongeveer net zo duur uit als dat we de bus hadden genomen en een flinke trainingssessie rijker (en een middag strand armer, dat wel).

De volgende dag was het eindelijk tijd om onze tijd te doden met luieren op het strand. En dat strand bij de hotels/resorts wordt geharkt hè! Ga je je nog schuldig voelen ook, als je er lekker met je blote voetjes door heen banjert... hihi. Naast mooie hotels waren er ook alleen maar mooie (westerse) restaurants, geen straattentje te vinden... Ons 7 jarig jubileum hebben we dan ook maar 3x gevierd. De prequel met de onze favoriete Indiase keuken. De echte wilden we vieren met een seafood BBQ maar die hadden net een dagje vrij genomen... Dus werd het pizza met echte Vietnamese wijn uit Dalat (die overigens erg lekker is). En de dag daarna hebben we lekker de seafood BBQ nog maar gedaan! We hebben niet alleen gegeten en geluierd hoor! We hebben ook gesnorkeld. Om dat te kunnen doen moesten we wel een tour boeken... in een groep met bijna alleen maar Nederlanders. Vietnam is trouwens één van de weinige Aziatische landen waar melkproducten een beetje aanslaan en Campina (Dutch Lady) doet hier dan ook haar best om de Vietnamezen te verwennen met gesuikerde melk, gesuikerde yoghurt etc. Leuke stageplek blijkt! Het snorkelen was een stuk leuker nadat we een niet lekke snorkel en duikbril gekozen hadden... Mooie (dansende) vissen in allerlei kleuren, vormen en formaten. Ook gingen we vissen, maar we vingen beiden bot. En eigenlijk is dat al te veel credits... Verder was er nog een stop op het mooiste strand van het eiland (althans dat vinden sommigen) en een parelkwekerij (lees: hele dure toeristenwinkel), waar ze nog even een oester openmaakten, waar ze van te voren een parel in geduwd hadden... Maar het was een leuke dag! Helaas was de dag erna de ferry helemaal vol en zaten we een extra dagje vast op een tropisch eiland... Hè wat vervelend :-) Wel een beetje jammer dat toen we lekker in de zee waren er een Vietnamees iets verder op in het water zich uitgebreid stond te wassen, inclusief zijn billen, iehh!

De Mekong delta van Vietnam is vooral bekend om zijn floating markets. Can Tho is dé plaats om die te bekijken, dus dat werd onze volgende halte. Aangezien alle ferry's de dagen erna ook nogal vol zaten, moesten we via Ha Tien (lees: grote omweg) terug naar het vaste land. Tegen de verwachting in konden we daar dezelfde dag nog wel een bus naar Can Tho pakken. Uiteraard wilden ze weer dat wij de volle mep betaalden, terwijl Can Tho maar halverwege ligt. Aangezien we redelijk klaar waren met al dat gezeik over busprijzen, zeiden we dat we wel gewoon de bus van 5 uur later namen, die ons wel de eerlijke prijs wilde geven. Dus die busmensen tegen ons 'ja, maar deze bus gaat nu weg als jullie het dubbele betalen'. 'Nou, die bus gaat sowieso weg, ook als wij niet het dubbele betalen, dus stop maar snel met je idiote praatjes'. Uiteindelijk konden we toch mee voor een redelijke prijs. Yeah! Elske & Rogier 2-1 Busmensen.

Uiteindelijk kwamen we rond 12 's nacht bij het hotel aan en om niet teveel tijd kwijt te raken, besloten we om de dag erna gelijk de floating markets te bekijken... en die beginnen nogal vroeg. Dus om 5 uur 's ochtends stonden we al weer paraat om opgehaald te worden door onze bootman. Waarna het nog een uurtje varen was naar de floating market. En daar was het al een drukte van belang. Grote boten, kleine bootjes volgeladen met mango's, ananassen, etc. Veel boten hebben een lange stok met daaraan bijvoorbeeld een ananas, zodat je van een afstand kun zien dat daar een ananasboot ligt. Verder zijn er de nodige drijvende 'restaurantjes' en koffieshops! Niet geheel vervelend zo vroeg op de ochtend met een flinke dosis te kort aan slaap! Na de koffie kregen we een noodlesoepje, best prima zo'n ontbijt op boot! Daarna was het tijd voor de volgende floating market die vooral uit kleine bootjes bestond. En daarna toch nog door de kleine kanaaltjes en langs de kleine dorpjes. Soms zijn de kanaaltjes echt helemaal dichtgegroeid met allerlei drijvende planten en ook moet er regelmatig een plasticzakje uit de schroef gevist worden (die vervolgens gewoon weer terug het water in wordt gegooid...). In het dorpje konden we nog even de monkeybridge uittesten. Die uit niet heel veel meer bestaat dan één bamboepaal met een tweede bamboepaal als leuning. Omdat bamboe nogal buigzaam is voelt het geheel nogal gammel aan, maar is natuurlijk oersterk. Het kraken en de geur van het bamboe maken het een buitenwereldse ervaring. Even onze zintuiglijke schrijfstijl oefenen... ;-) Oh ja, proeven is er ook nog... ja daag, je dacht toch niet dat we onze tong op zo'n vieze brug gingen leggen!

Daarna gingen we naar hill station Dalat. Of te wel little Paris in Vietnam. Het is allemaal nogal kitsch en er is zelfs een telefoonmast in de vorm van de Eiffeltoren en ook de Moulin Rouge. Maar dat is nog niet eens het gekste daar... dat is namelijk het crazy house, een toepasselijke naam vonden wij. Een huis waar Gaudi nog een puntje aan kan zuigen. Het is het best te omschrijven als een soort boomhuis Alice-in-Wonderland-stijl... wil je echt weten hoe dat voelt, dan kun je er zelfs een nachtje slapen in bijvoorbeeld de kangoeroekamer, waar een levensgrote kangoeroe met rode ogen je de hele nacht staat aan te kijken... houd je niet zo van kangoeroes, dan kun je ook nog kiezen voor beren, mieren, neushoornvogels, tijgers etc en dat alles in een nogal claustrofobisch aandoend, niet al te schoon, holletje... Wij zijn dus niet blijven slapen. De weg naar je holletje terug vinden, is dan ook nog punt 2, want gezien het grote aantal kleine gangetjes is gedesoriënteerd raken niet heel moeilijk. In Dalat rijdt er ook nog een oud treintje rond. Geen World Heritage zoals in Darjeeling, maar aangezien we die gemist hadden, gingen we hier maar voor de herkansing. Komen we aan bij het station gaat volgens de mevrouw de trein niet... 'maar er staat toch op het bord dat hij over 20 minuten gaat?' 'Nee, gaat niet.' 'Waarom niet dan?' 'Gaat niet. 4 uur'. 'Oke oke, dan komen we dan wel terug'. Dus besloten we in de tussentijd maar even de Keukenhof van Dalat te gaan bekijken. Ware het niet dat we opeens Taekwondo op een bordje zagen staan. Dus we gingen eens even kijken of we een training mee konden pikken. Eenmaal bij het terrein aangekomen, komt er een blanke (Tsjechische) man in zijn onderbroek naar buiten, dus wij dachten dat zal hem (de trainer) wel zijn?!? 'Taekwondo?? Wat is dat?' Wel nodigde hij ons gelijk binnen uit en we hadden geluk volgens hem, want het zou zo hard gaan regenen (en dat deed het ook!). Gelijk werd er bier op tafel gezet en later ook nog wodka (met het devies: een leeg wodkaglas is een slecht wodkaglas). Dus werd het geen Taekwondo, maar meer drunken master. Elske kreeg na het afslaan van de wodka en bier toen maar rode wijn voorgeschoteld, nadat hij van tafel was gegaan en in zijn onderbroek de keuken rondschuifelde en mompelde 'Ah! Ik weet nog wel wat, wat je wel lekker vindt'. Zijn Vietnamese vrouw hield van koken en we mochten geen nee zeggen (we hadden echt net geluncht). Het smaakte allemaal super en we moesten ook nog per se Vietnamese koffie proeven. Zij kwam nog netjes vragen of we wel wilden, maar de man zei: 'dat geef je die mensen toch gewoon! Het is de lekkerste koffie die er is'. De man was een echt een natuurliefhebber (hij was nu bezig om planten te kweken voor een dieet tegen kanker) en we moesten dan ook per se zijn foto's zien van alle mooie paddenstoelen die hier in Vietnam groeien. Uiteraard zaten die gebundeld met alle Vietnamese vrouwen met wie hij het bed gedeeld had en daar werd uitgebreid over verteld, terwijl zijn vrouw er gewoon naast zat! Al met al weer een hele ervaring! Nadat de regen voorbij was, zijn we snel naar het treinstation gelopen, waar voor het gemak de trein maar eens een kwartiertje eerder was vertrokken... Dus waren we wel enigszins pissed, omdat we nog gezegd hadden dat we terug zouden komen :-(

De omgeving van Dalat leent zich uitstekend voor een motortour. En half Dalat roept dan ook dat hij een Easy Rider is die je, voor veel te veel geld, overal waar jij heen wilt naar toe rijdt. Wij hadden bedacht dat we zelf maar een motor gingen huren en zijn lekker saampjes naar de waterval gereden. De weg er naar toe was mooi! Helaas was het inmiddels middag geworden en dat staat garant voor regen. Hele harde regen! En precies toen wij op de motor zaten barstte het noodwee dus weer los. We hadden onze schitterende oranje regenkapjes aan en zijn maar dapper doorgereden. Voordeel is wel dat de waterval het nu extra goed deed!

Tijd om een spurt richting het noorden te maken en na een rit van 20 uurtjes kwamen we aan in Hue. Het was niet de meest fijne bus, of meest fijne medepassagiers moeten we eigenlijk zeggen. Achter ons zat namelijk iemand die zijn voeten steeds op onze stoelen legde. En als hij dan in slaap viel, schoven die voeten van de stoel af, recht op ons hoofd en in ons gezicht... Hè bah! We zijn heus wel wat gewend inmiddels, maar dat is toch niet zo lekker hoor! En helemaal geen sorry ofzo he, echt ongelooflijk lomp zijn de mensen hier af en toe. Bij het hotel maar lekker gedoucht en gelijk de fiets op! Naar de keizerlijke paleizen. Vietnam had nog een keizer tot 1945 met alle (Chinese stijl) toeters en bellen (lees: gewaden, rituelen, hofvrouwen etc. en trouwens toeters en bellen vast ook wel ;-) en zelfs een verboden stad. Helaas is alles redelijk platgebombardeerd dus zijn de meeste gebouwen of niet meer dan het fundament of in gerestaureerde nieuwstaat. De keizers hadden zelfs een (dan weer meer Romeinse stijl) arena waar tijgers tegen olifanten vochten. De keizers waren ook goed in het bouwen van tombes, die ook vaak als huis gebruikt werden. En we moeten zeggen dat ze voor zich zelf wel leuke plekjes uit kozen hoor om te rusten. 't Zijn meer mooie parkjes. En het fietsen was ook wel weer een keertje lekker. Komt ook door het weer, hihi. Strak blauwe lucht en warm! Maar goed dat we eind november Hue even op een zijspoor hebben gezet met al die regen en ondergelopen straten en huizen...

Tijdens het fietsen kwam er ook nog een vrouwtje naast ons rijden die ons wel de afsnijroutes wilden laten zien om bij de tombes te komen. Ze stond er op. Nou, oke dan. Helemaal blij zei ze dat ze was. Ja dat zal best wel, kan ze ons straks weer mooi geld vragen enzo. Dus we hadden nog bedacht om dat niet te doen, maar ze nam haar mee naar haar huis. Een half dicht schuurtje met een bed van planken en een klein tafeltje en vertelde dat ze bij de school hadden moeten komen omdat ze al twee maanden geen lesgeld had betaald. Dus ja, dat is ook wel zielig toch? En toen hebben we haar toch maar wat gegeven. Eenmaal daar weg hadden we toch het gevoel dat we in een trucje zijn getrapt. Ze sprak veel te goed Engels voor een mevrouw die hele dagen op het land werkt... waarschijnlijk rijdt ze elke dag op haar motor rond op zoek naar sukkels als wij...

Vanaf Hue zouden we langs de kust weer afzakken naar het zuiden en de eerste stop werd Hoi An. Een klein oud dorpje, zoals het vroeger geweest moet zijn. Nou je moest wel wat moeite doen om het oude dorpje te zien. In elk oud huisje was een kledingzaak of ander (souvenir)winkeltje gemaakt en het was dus één groot toeristencircus. Erg jammer! Als ze dat nou gewoon niet gedaan hadden, was het echt een leuk oud dorpje aan het water geweest. Maar goed. Hoi An staat dus ook bekend om alle kledingmakers die werkelijk alles, wat je ook bedenkt, kunnen maken. En met een bruiloft op komst, misschien niet zo'n gek idee. Dus hebben we er ons maar aan gewaagd, al ging dat niet zonder slag of stoot. Toen we bij één van de winkels de eerste passessie hadden, klopte er allemaal niks van. Maar verbeteringen aangeven, ho maar... Meneer Xe had geen tijd voor ons en nam ons niet serieus... Toen we daar iets van zeiden was ie helemaal geïrriteerd... het overhemd zouden ze dan wel even snel fixen (alles is: very easy & no problem?!?!?)... na een half uur van wachten... kregen we in plaats van een overhemd onze aanbetaling terug en riep hij 'Go!' Nou als het zo moet, gaan we inderdaad liever weg! Uiteindelijk lijkt alles nog soort van gelukt te zijn en is alles in een dure doos op weg naar Nederland.

Als je dan toch op kleding moet wachten, kun je net zo goed nog even de omgeving gaan bekijken. Dus de motor gepakt en op weg gegaan naar My Son. Een oude Cham stad. De Cham waren net als de Khmer Hindoeïstisch en de tempels lijken ook wel wat op de pre-Angkor tempels. We waren gewaarschuwd dat het eigenlijk niet veel meer was dan een hoop bakstenen. Maar gelukkig houden wij daar wel van en viel het ons eigenlijk ook nog wel mee. Helaas is het in de oorlog ook weer redelijk gebombardeerd, zodat het eigenlijk sowieso verbazingwekkend is dat er nog zoveel overeind staat (helaas zijn sommige tempels ook wel gereduceerd tot een hoop bakstenen). Zeker als je ziet dat sommige kraters vlak naast de tempels liggen. Na we ons weer even in oude tijden gewaand hadden, was het tijd om door te rijden naar de marble mountains. Een groep marmerbergen die vroeger misbruikt werden om allerlei kitscherige beelden van te maken, maar tegenwoordig vooral worden gebruikt als bouwgrond voor mooie tempeltjes en pagodes. Uiteraard betekent dat wel dat je weer de nodige trappen op moet... (er is wel een hele lelijke hypermoderne lift... maar dat vonden we echt not done). Eenmaal boven heb je wel een mooi uitzicht over de kustlijn (je moet wel even de honderden mega resorts wegdenken die er gebouwd worden). Het mooiste van de marble mountains is een onwijs grote sfeervolle grottempel. Die voor de verandering eens stijlvol verlicht was!

Vanuit Hoi An wilden we eigenlijk een motortochtje maken door de highlands van Vietnam. Maar aangezien dat kleding laten maken nogal wat passessies nodig had en dus tijd kostte, hadden we daar helaas geen tijd voor. Erg jammer, want nu hebben we één van de mooiste gebieden van Vietnam niet meer gezien...
Dus toen maar snel een bus richting Mui Né geboekt, zodat we daar dan nog een dagje extra aan het strand konden liggen. Maar ook dat ging niet helemaal goed, want er was de hele dag geen stand. Zo hoog stond de zee. Gelukkig hadden we een hotel met zwembad en konden we daarin lekker afkoelen. Want het is echt stikheet op het moment! We klagen niet hoor! Liever een strakblauwe lucht en wat (erg) warm, dan die treurige grijze luchten. Naast lekker bij het zwembad liggen hebben we nog de motor gepakt richting een tempel met twee Cham torens, die leuk boven op een heuvel stonden. En heuvels waren tijdens de oorlog natuurlijk een mooie strategische plek en de heuvel was dan ook vol gebouwd met bunkers en nog een wachttoren. Daarna zijn we doorgereden naar de Fairy Spring. Een zanderig beekje waar je op de blote voetjes door kunt lopen... af en toe is het wat dieper dan je denkt waardoor er af en toe een wat minder gracieuze stap tussen zat hihi. De omgeving doet sprookjesachtig aan met aparte zand/steenformaties (soort zand stalagmieten) afgewisseld met rode zandduinen. Volgens de LP kon je trekken tot aan de bron maar op een gegeven moment kwamen we bij een waterval, maar we zagen nog steeds geen elfjes... dus wij de waterval opgeklommen en nog een stuk doorgelopen... het werd er allemaal niet sprookjesachtiger op... We denken dat alle toeristen de elfjes weggejaagd hebben...

De rode zandduinen bij de Fairy spring waren nog maar een voorproefje op de 'echte' rode zandduinen van Mui Ne. Waar de wind mooie patronen in het zand blaast (je moet wel even een flink stuk doorlopen om alle toeristenvoetstappen achter je te laten). Neem je een beetje een tactische foto, dan is het net alsof je in woestijn bent! Overdag moet je ook echt niet proberen op je blote voeten of zelfs slippers door de duinen te sjouwen, want het zand wordt echt knetterheet... auw auw!!

En toen was het al weer tijd om terug te gaan naar Ho Chi Minh. Eenmaal daar aangekomen, maar weer terug naar ons vaste hotel daar. Voelt heel bekend allemaal en dat is soms toch ook af en toe wel lekker.
Op ons laatste echt dagje hebben we nog een tour gedaan naar de Cao Dai tempel en de Cu Chi tunnels.
Cao Dai is een vrij nieuw (1926) in Vietnam ontstaan geloof. Een vrolijke mengelmoes van geloven, waaronder Boeddhisme, Islam, Confucianisme, Taoïsme, Protestantisme (we vermoeden eerst Katholicisme aangezien er vroeger een Cao Dai Paus was...) en Vietnamees spiritualisme. De tempel is dan ook eenzelfde kleurrijke mengelmoes van 'geloof typische' bouwstijlen en versieringen. Het symbool van Cao Dai is het alziende oog in een piramide, een beetje zoals op de achterkant van een $1 biljet. Achterin de tempel is een grote universumbol met het alziende oog. We konden ook gelijk nog even een mis meepakken. De volgelingen zijn helemaal in het wit en de mannen hebben een soort zwarte tulband. De priesters zijn bont geel, rood of blauw gekleurd. Kortom een mooi visueel plaatje.

Hierna was het weer tijd om ondergronds te gaan. In Cu Chi zat de Viet Cong onder de grond. Helaas hadden we vrij weinig tijd en moesten we als een speer door alles heen. We kregen nog wel even een demonstratie van alle vallen die ze bouwden om Amerikanen te vangen, inclusief allerlei nare punten en spijlen die je benen of hele lijf heel effectief aan stukken scheurden... Ook kon er nog geschoten worden met een AK-47 of ander oorlogsspul en konden we nog wat semi-ondergrondse keukens, eetzalen, ziekenhuizen etc bekijken en toen was er eindelijk gelukkig nog net tijd om 100 meter door een claustrofobische tunnel te lopen. En aan het einde natuurlijk nog de (nogal communistische propaganda) film over de mensen die hier leefden. Zelfs kinderen van een jaar of 14 vochten mee en kregen als ze genoeg amerikanen gedood hadden de titel 'American Killer Hero'. Erg jammer dat de nadruk niet wat meer op de tunnels lag. De tunnels van Vinh Moc hadden wat dat betreft veel meer indruk op ons gemaakt.

Nog even een paar typische dingetjes:
Hadden we ooit al eens verteld dat de winkels en restaurantjes hier een eigen soort kassa-la hebben? Dit is vaak gewoon een oude kartonnen doos die ergens in een hoekje staat. Of een plastic tas... Mooi toch, dat dat nog kan.

Minder mooi is het aantal plastictasjes die je bij de supermarkt krijgt. Vloeibare dingen, fruit, waspoeder-achtige dingen, alles wordt apart verpakt. En daarna nog weer in een gezamenlijke grote tas gestopt. Nog erger dan in Thailand. Ze kunnen hier nog veel leren van Bangladesh!

Verder hangt heel Vietnam vol met communistische propaganda posters. En blijkbaar is er de 22e mei iets te doen, maar dat gaan wij natuurlijk weer missen...
En er zijn ontiegelijk veel christelijke kerken. En niet zo maar kerken, maar hele grote en vooral abstracte gebouwen. Zo zie je ze niet in Nederland.

Ohja, het is weer mango seizoen! We hebben al heel wat kilootjes verslonden! Lekker joh! Net als de papaja, watermeloen, ananas, dragonfruit etc!

En als je dan fruit etc gaat kopen op de markt, dan doe je dat gewoon vanaf je motor. Iedereen blijft gewoon lekker lui zitten en roept wat hij/zij hebben wil en de marktkoopman komt dat dan heel lief bij ze brengen. Ook bij andere kleine winkeltjes werkt dat zo!

En zo zijn er nog veel meer grappig typische dingen, maar dat is allemaal te veel om op te noemen.

Ons tripje in Vietnam zit er, op een paar uurtjes na, weer op. We hebben ons weer prima vermaakt de afgelopen vier weken en het was schitterend weer! Maar verder is ons gevoel toch vooral dat alles een beetje tegenzat, moeizaam ging en de mensen (niet iedereen natuurlijk) soms eigenlijk maar vervelende eikels waren, hihi. We zijn dus eigenlijk (en dat is voor het eerst) een beetje blij dat we kunnen vertrekken. Vanavond vliegen we naar Indonesië! We zijn erg benieuwd en hebben er zin in!

P.S. Het onderschrift voor de foto's komt snel! We moeten nu rennen naar het vliegveld!

Reacties

Reacties

Bastiaan

Leuk, pijnlijk en schitterend!!!
Have fun in Indonesie
Hopelijk zijn de 'busmensen' daar wat relaxter ;)

mama

bedankt weer voor het mooie reisverslag
hopelijk ,na een goede vlucht ,een fijne tijd in Indonesië !!
en.......voorzichtig met oversteken, links-rechts-links kijken.
liefs van ons

Mamajellie

Zo dat was weer een schitterend verhaal
Hopen dat de busmensen in Indonesie aardiger zijn
Veel plezier in het volgende land liefs

Celine

Prachtig verhaal met mooie fotos zeg. En natuurlijk erg herkenbaar :-) Wat grappig dat jullie zo'n pet-helm hebben gekocht, haha. Vroeg me wel altijd af hoe goed dat je nou echt zou beschermen...
En super vette foto boven aan jullie website!! Hoi An?
Alvast heel veel plezier in Indonesie, selamat datang.

Tante Jansje en Oom Gerrit

Hallo Elske en Rogier Heel hartelijk bedankt voor jullie verhalen wat jullie allemaal hebben meegemaakt
Heel erg spannend Wij zouden t jullie niet na kunnen doen Hopelijk gaat het goed met jullie brandblaren
Groetjes Tante Jansje en Oom Gerrit

tante Janny

lieve Elske en Rogier.
Wat een goed verhaal weer,heb er weer van genoten.
En wat een prachtige foto,s.
Ik hoop dat het met de brandplekken snel beter gaat
Heel veel liefs van tante janny en tot het volgende verhaal.

Sig

JA, wat kan ik nog zeggen?? weer geweldige foto's en verhalen! Ga heerlijk genieten in Indonesie saampjes! 2dikke zoenen XX

Celine

En waar blijft nou jullie volgende verhaal en fotoserie... Ik zit met smart te wachten!!! Een maand is echt te lang hoor ;-) waar hangen jullie ergens uit.

Elske & Rogier

Haha we zijn hard bezig. Nogal veel foto's gemaakt... Nu in Tana Toraja op Sulawesi. Te druk om een verhaal te schrijven ;-)

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!