Bijna én helemaal ondersteboven!
Vliegen dus naar Makassar, aangezien het Pelni vrachtschip ons in de steek liet. Na een vertraging die langer duurde dan de vlucht zelf hebben we in de 'enge' grote stad Makassar direct vervoer gezocht naar Pantai Bira. Een vaag strandplaatsje in de zuidpunt van Sulawesi, met een erg mooi wit poeder zandstrand (het leek bijna poedersuiker ;-)! Helaas is hier het idee van een hutje aan het strand nog niet echt doorgebroken. Maar de zee was hier weer zo blauw en zo helder dat we elke dag weer zeiden: So, dat water is echt onwijs helder...! Maar zelfs met zulk helder water presteren sommige beesten het nog om bijna onzichtbaar te zijn (camouflage technisch doen ze het nogal goed, zeg maar) tot je er bijna tegenop zwemt. Zelfs een zeeschildpad was van bovenaf best moeilijk te spotten. Jammer, want die zijn toch wel heel cool! Er waren ook grote heremietkreeften, die alleen niet zo hard moeten lopen als ze zichzelf willen verstoppen. En mooie koraalduivels... tja, verstopt tussen het koraal, ze denken dat we ze niet gezien hebben, maar haha, toch nog gespot! Op east beach is ook nog een scheepswerf, waar ze echt mega grote houten, Nederlandsche 100 jaar geleden stijl, schepen met de hand in elkaar timmeren. Nogal een klusje! En we hebben ook een nieuwe mensensoort ontdekt in Indonesië. Leefden er vroeger in Indonesië dwergachtige mensen (Java man), nu zijn er de helmmensen, die geboren worden met een ingebouwde helm. Je ziet ze overal en zijn moeilijk te onderscheiden van de gewone mens met helm. Alleen op het strand vallen ze op... Anders zou je die helm wel afzetten als je op het strand bent, toch?!?!
Na een paar daagjes 'niets' doen, snorkelen is hard werken hoor, zijn we op een regenachtig dag (goede timing) maar weer in de auto gestapt, terug naar 'enge' grote stad Makassar.... om dezelfde avond in de nachtbus naar Tana Toraja te stappen. We hadden net gehoord dat er een mega begrafenis ceremonie stond te beginnen, dus we wilden graag zo snel mogelijk daar zijn. Dat klinkt wat raar, maar Tana Toraja is een streek die bekend staat om z'n begrafenisrituelen en wat echt iets is wat je gezien moet hebben. Dus tja. Een meisje wilde ons graag helpen met een buskaartje kopen en bracht ons naar een veel te luxe busstation. De lokale mensen snappen niet dat er toeristen zijn die liever minder betalen en 10 uur oncomfortabel in een bus gaan zitten. Raar ;-) Maar 'gelukkig' bleken alle luxe touringcars vol te zitten... Dus toch naar het gewone busstation, waar we geheel op eigen houtje een kaartje hebben geregeld! Wel wat moe na 17 uur in de bus kwamen we de volgende ochtend aan in Rantepao, waar we eerst maar even een paar uurtjes een heerlijk fris bedje ingedoken zijn.
De begrafenis ceremonie bleek de dag er na te beginnen en een aantal dagen te duren. Het was van een erg belangrijk persoon en er zouden wel 250 buffels worden geslacht... wow! Ze houden in Toraja twee ceremonies; één direct na het overlijden en de tweede vindt pas plaats in het droge seizoen en als alle voorbereidingen getroffen zijn. Kan dus zijn dat de overleden persoon maanden moet wachten op de afsluitende ceremonie. In de tussentijd liggen ze opgebaard in een speciaal gemaakt huisje wat op het erf van de familie wordt geplaatst. In de meeste dorpjes staan meer van deze 'dodenhuisjes' dan gewone huisjes. Best bizar! Maar ze zijn wel heel mooi, met een mooi gebogen dak dat bijna op een schip lijkt (alsof de overledene zo het hiernamaals binnen kan varen) en zijn helemaal versierd met mooie patronen en gestileerde buffelafbeeldingen. Dus eigenlijk staat het ook wel weer heel sfeervol, je moet alleen niet de hele dag bedenken dat het voor overleden mensen is. En ze functioneren ook prima om je was te drogen te hangen of om je scooter droog te stallen...
Maar goed, wij dus de volgende ochtend naar de ceremonie. Netjes in zo donker mogelijke kleding en een slof sigaretten in de tas, want die moet je aan de familie geven om te bedanken dat je de ceremonie mocht bijwonen (lees: plekje afkopen). Overal politie op de been om iedereen een parkeerplek aan te wijzen en alles in goede banen te leiden. Rond de 'rante' (ceremonieplaats) staan allemaal traditionele hutjes en gebouwen met nummers. Zo heeft iedereen zijn eigen plekje. En wordt er zelfs via luidsprekers omgeroepen dat er speciaal voor de toeristen ook een hutje is gereserveerd... In het ceremoniehoogseizoen zijn er elke dag wel meerdere ceremonies en rijden grote trucks vol mensen af en aan. Wij kregen het idee dat het 'normale' leven wel zo ongeveer plat moet liggen in die tijd.
Voor het bloedige gebeuren stond te beginnen, werden we eerst getrakteerd op een kopje koffie (best relaxt 's ochtends), waarna er verschillende ceremoniële dansen op het programma stonden van mensen in mooie traditionele kleding, inclusief kettingen van varkenstanden en een soort van staarten van buffelhaar. De lunch was overigens ook erg lekker, maar het buffelhaar wat nog uit de stukjes vlees stak, was toch iets minder smakelijk... Door alle hapjes en drankjes en een speciaal hutje voor ons toeristen kregen we haast meer het gevoel op een festival te zijn dan op een begrafenis...
De overledene is uiteraard het middelpunt en ligt in een mooie kist, wat een soort miniatuur versie van een opbaringshuisje is, in het midden van de 'rante' met alle dansende en zingende mensen in een grote kring er omheen. Maar hij/zij wordt pas echt het middelpunt als het rondje door het dorp begint. Het 'kisthuisje' is voorzien van draagbalken en op een gegeven moment kwamen er hordes luidruchtige mannen aanrennen en namen de kist op hun schouders. Aan de voorkant van de kist wordt een lint vastgemaakt en de kinderen van het dorp mogen zo hard als ze kunnen rennen en aan het lint trekken en de mannen met de kist moeten ze proberen bij te houden. Alle andere mensen lopen daar weer achteraan. Het resultaat: één Grote Chaos! Die af en toe tot stilstand komt als er even een elektriciteitsdraad omhoog gehouden moet worden, zodat de kist er onderdoor past. Waarna de dragers luid schreeuwend weer keihard verder hossen. Af en toe gaan ze te hard en hangt de kist zo scheef dat we bijna bang waren dat het huisje zou kantelen en de persoon er zo uit kwam rollen... en alsof dat nog niet genoeg was, wordt de kist ook af toe, voor de grap, keihard op en neer geschud... het is maar goed de overledene geen last van wagenziekte meer kan hebben... Wat we zeiden, meer een festival gevoel dan een begrafenis. Heel anders dan wat wij in Nederland een respectvol afscheid zouden noemen, maar voor hier volkomen normaal en juist vol respect naar de overledene.
Terug bij de 'rante' wordt de kist bovenin een speciaal huisje geplaatst, wat nogal wat moeite kost om de kist veilig over de bamboetrap boven te krijgen. Als dat uiteindelijk gelukt is, is er gratis bier voor de dragers (lees: al weer totale chaos). En dan is het eindelijk tijd om alle offers te laten zien en is er een lange colonne van varkens, hangend tussen bamboepalen, waterbuffels en zelfs twee hertjes. Naast gewone bruine waterbuffels worden er ook witte waterbuffels (met blauwe ogen) geofferd, die zijn speciaal en soms wel $15.000 waard. Het grootste ceremoniële huis hangt overigens vol met horens van buffels die ooit al geofferd zijn. Dus wij wachten vol spanning af op het bloedbad...
We wachten nog steeds vol spanning af...
Nog steeds...
En nog steeds...
Hè, dat lijken wel stukken vlees die daar gedragen worden... Blijkt dat er een speciaal 'slachtveld' is. Daar aangekomen is het slachtfestijn al in volle gang. Twee buffelkoppen liggen ons al glazig aan te kijken. Hun magen worden geleegd en dan uitgespoeld... er wordt vast iets lekkers van gemaakt (er zitten in ieder geval geen haren op). Daarna zijn de varkens aan de beurt. Hup een mes in het hart en dan met het vingertje even vol verwachting voelen of zijn hartje nog klopt. Zo ja, dan maar even een holle bamboepaal erin drukken zodat het wat sneller gaat. Daarna heb je methode 1: in z'n geheel het vuur op. Maar spectaculairder is methode 2: de gasbrander. Wat er toch wel apart uit ziet, zeker als iemand als een gek aan het pompen is met een soort van fietspomp om meer zuurstof toe te voegen. Versere babi pangang kun je niet krijgen! 'Helaas' werden de witte buffels en hertjes nog een dagje of wat gespaard, maar konden we sowieso vol indrukken naar huis.
Na deze nogal drukke meerdaagse ceremonie krijgt de overledene eindelijk rust. En ook dat gaat niet op de voor ons normale manier. Er zijn verschillende manieren, wisselend per dorpje. Zo is er manier 1: hak een vierkant gat in een grote kei of rotswand en stop de kist hierin; manier 2: maak een hangende grafkist in een overhangende rotswand of manier 3: zoek een grot en 'duw' (nee, dit is niet overdreven) de kist ergens tussen. De dag na de ceremonie hebben we gewandeld door de erg mooie omgeving met enorme felgroene rijstvelden. Hoeveel we er inmiddels ook gezien hebben, rijstvelden die zo mooi groen zijn, blijven mooi! Tijdens het wandelen kwamen we door dorpjes waar de mensen begraven worden in rotsen en keien of hangend aan de wand. In Pana is één van de oudste begraafplaatsen. Een stenen wand vol met graven van manier 1, die afgedekt worden met een mooi versierde houten deur, die, samen met de kist, inmiddels nogal eens is weggerot en je de botten gewoon kunt zien liggen... We zouden hier ook hangende graven moeten kunnen zien, maar die konden we niet zo snel vinden. Bleek dat de hangende graven inmiddels liggende graven waren geworden... en de botten over de bodem verspreid lagen. Waarom de graven zo slecht onderhouden worden was ons niet duidelijk. Hierna zijn we verder gelopen naar Lokomata waar een enorme kei is vol met graven. Maar eigenlijk wordt zo ongeveer elke kei wel gebruikt als begraafplaats en zie je ook midden in de rijstvelden keien waar iemand in begraven ligt.
De dag erna zijn we op de motor langs andere dorpjes met typische begraafplaatsen gereden. Londa heeft een begraafgrot, maar voor je de grot binnen gaat, word je al begroet door de overledenen zelf. Er zijn weer de nodige schedels gevallen uit de wegrottende hangende grafkisten buiten de grot en die zijn samen met de beenderen op een hoopje naast het wandelpad geveegd of verzameld en in een kist gelegd, met de schedels zo neergelegd dat het net is of ze naar buiten kunnen kijken... Daarnaast is er een groot balkon vol met 'Tau Tau', houten poppen in het evenbeeld van de overledenen. De Tau Tau moeten het graf beschermen tegen grafrovers. In Tana Toraja geloven ze namelijk dat de overledene spullen mee kan nemen naar het hiernamaals. Helaas brengen de Tau Tau zelf ook erg veel op en moeten ook deze beschermd worden door ze op een hoog balkon, met deuren en grote sloten, te plaatsen. Schandalig! Als we het dan toch over schandalig hebben, we hebben ons ook groen en geel geërgerd aan de gemiddelde toerist die op de ceremonie in witte of kleurrijke kleren, of erger nog, in hotpants verschijnen en/of op ceremoniële gebouwen klimmen om foto's te maken en zich overal door heen drukken, zelfs als er verzocht wordt dat de toeristen plaats moeten maken voor de familie...! Je mag eigenlijk al blij zijn dat je sowieso mag komen, maar een beetje respect ho maar. De Indonesische toerist vindt het dan weer leuk om samen met een blanke toerist op de foto te gaan... met grafkisten en schedels op de achtergrond... Doe ff normaal! Wat naar onze begrippen nog meer schandalig is, is de manier waarop de Tana Toraja een grafkist gewoon boven op een andere grafkist duwen. De begraafgrot is echt een chaos waar elke richel en kier letterlijk volgestouwd is met grafkisten (het is nog net geen tetris) en overal liggen beenderen en schedels uit kisten die inmiddels zijn weggerot. Heel erg bizar om met z'n tweetjes in een pikdonkere grot te lopen met alleen een klein zaklampje... en maar hopen dat je niet per ongeluk op wat verdwaalde beenderen stapt.
Hierna gingen naar Lemo waar een grote rotswand is vol met Tau Tau en graven. En Tampangalo heeft een 'sfeervolle' grot met mooie Tau Tau. Kambira is bekend om de babygraven. Dat is wel weer een
verhaal apart. Er wordt een graf uitgehakt in een grote levende boom ipv in een rots. Het buitenste deel van de stam wordt bij het uithakken in tact gelaten en later teruggeplaatst, soort deurtje
zeg maar, zodat deze weer vergroeid met de boom. In zo'n boom worden meerdere babytjes begraven en de boom in Kambira heeft zelfs zo'n twintig babygraven. Om kippenvel van te krijgen! Hierna gingen
we naar Ke'te Kesu met nog een 'rante' in geheel authentieke stijl en een rotswand vol hangende graven en een begraafgrot. Vooral van de hangende graven zijn de kisten vaak mooi versierd met
houtsnijwerk. 's Avonds hebben we deze rituele dag maar geheel in stijl afgesloten met een echte traditionele Toraja maaltijd; waterbuffel bereid in een bamboestam en bananenblad. En ondanks de
rare en ook wel heftige dag smaakte het erg lekker.
Vanuit Rantepao zijn we naar Tentena gegaan. Er waren nog net twee stoeltjes vrij in de bus; wat een drukte hier toch in de bussen... Het was weer een gezellige lange rit, die met een uur
vertraging begon en eindige met 5 uur uitloop... Midden in de nacht kwamen we aan bij het hotel, dat vol zat. No...!!! Gelukkig waren we nog niet zo heel moe en brak dus de backpack maar weer op
geslingerd en onze zoektocht naar een fijn bedje voortgezet. Gelukkig vonden we redelijk snel een ander hotel met vrije bedjes en een lieve mevrouw die we oma moesten noemen en die om 1 uur 's
nachts zelfs nog thee voor ons ging zetten :D Ze vertelde dat er de volgende dag een auto naar Ampana reed en of we mee wilden. Daar wilden we wel naar toe, maar eigenlijk niet al die dag. Maar een
privé auto, die je af gaat zetten bij je nieuwe hotel in plaats van een bemo naar het busstation, dan de bus naar Poso, dan wisselen van bus voor Ampana en lopen naar je hotel... klonk te
aantrekkelijk om te laten rijden. Over auto's gesproken trouwens, de moskeeën hier lijken vaak een beetje op pagodes met een 'mooie' zilver glimmende top. En die top kan bij de meeste ook nog
draaien! De 'spinning rims' (rode draad) onder de moskee-versieringen zeg maar (of is het gewoon om de airco te verstoppen?)!
Maar dus na het ontbijtje snel op de motor gesprongen om nog even op het strand te gaan te kijken. Niet van de zee, maar van een enorm meer. So, dat water is echt onwijs helder! Zou je niet weten dat je bij een meer was, dan zou je het water moeten proeven om te geloven dat het niet de zee was. Daarna bij een waterval langs gegaan. Die erg z'n best deed om zich zo mooi mogelijk om allemaal hele grote keien te vouwen. En dat deed hij idd best leuk. Toch wel, samen met die bij Luang Prabang, de mooiste die we gezien hebben. Natuurlijk nog weer even naar de bovenkant van de waterval 'gelopen'. Wat nog enigszins avontuurlijk was omdat de waterval ook z'n best deed om zich zo goed mogelijk om de trap heen te vouwen. Wij waren blij dat we er niet in het regenseizoen waren!
En dezelfde avond laat arriveerden we dus in Ampana. Waar we weer een schitterende hotelkamer hadden, inclusief onze trouwe vriend kakkerlak. Al hebben we maar de kamer gekozen waar hij niet het bed al voor ons warm hield (is dat onaardig?). Daarna nog even internetten, waar op een gegeven moment de hele vloer nat werd?! Het kwam onder de schutting naast ons vandaan waar een meisje lag te slapen. Toen we gingen melden dat de vloer nat werd, heeft de eigenaar nog net met een broek, ja een broek, de vloer gedweild voor het meisje flink klappen kreeg en in de andere hoek van het internetcafé zielig in een hoekje ging zitten. Wij keken elkaar een keer aan hebben maar geconcludeerd dat er geen beker water was omgevallen... Komen we terug bij ons hotel, zit het al dicht. Bellen, kloppen, schreeuwen; geen leven te bekennen. Dus wij inbrekersstijl toch bij de voordeur gekomen, waar we gelukkig onze hand door het raam konden steken en de knip los konden draaien en gewoon via de voordeur naar binnen konden wandelen, hihi.
Ampana was dus niet heel fris, dus geen reden om te blijven. Zeker niet als de Togean Islands op je wachten. Dus direct de boot gepakt waar we een lekker plekje op het dek hebben bemachtigd. Niet wetende dat het wel ernstig warm was als we niet zouden varen en de stops wel erg lang zouden duren. Maar verder was het een leuk tochtje en hebben we zelfs dolfijnen gezien! Ze zwommen heel leuk een stukje, veel te kort natuurlijk, met de boot mee. We waren nog aan het dubben welk eilandje we zouden kiezen voor onze vakantie en toen bij Katupat de eigenaar van Bolilanga naar ons toe kwam zijn we toch maar afgestapt. Want het zag er toch wel erg idyllisch uit.
Een klein eilandje met een wit strand en er waren verder geen mensen... 'Ons eiland' dus...:D Het was echt klein. Naast de 10 hutjes, een restaurant en het huisje van het personeel was er niets! Drie kleine strandjes en wat bos/jungle. Zo klein dat we er makkelijk binnen een uurtje omheen kon snorkelen. So, dat water is echt onwijs helder! De eerste 4 dagen waren we helemaal alleen! Super relaxt! Je eigen eiland, met kok haha. Dus iedere keer lekker eten, beetje boekje lezen op het strand, veel snorkelen... Dus maar de routine ontwikkeld 's ochtends op het ene strand na het ontbijt verder dommelen, uitgebreid lunchen met verse vis en dan snorkelen naar het andere strand en 's avonds weer terug snorkelen voor het avondeten. Hartstikke handig een waterdichte tas, want dan komen je handdoeken, boeken, etc ook nog droog over. Mooi snorkelen trouwens met veel mooie vissen, zeeslangen, grote barracuda's, sweetlips, zeepaardjes (of althans een zielig aftreksel daarvan) en bij uitzondering een rog met felblauwe stippen en een rifhaai (nou ja, een kleintje dan)! 'Waarom zwemmen we zo diep in zee... er zitten hier haaien hoor!?' 'Precies!' Helaas bleef het bij eentje... Maar de Green humphead parrotfish, die ze met recht de buffels van het rif noemen, waren misschien, neh zeker weten, wel het meest indrukwekkend! Wat een enorme vissen (1,3m) helemaal als ze met een kudde van een stuk of 12 langszwemmen... Wow! Maar ook wel een beetje eng...
Na 4 dagen moesten we het eiland delen... toch jammer. Met deze mensen (inclusief een vrouw van 70 die nog in haar eentje aan het reizen was. Respect!) hebben we op een ochtend een snorkeltour gedaan, met zo'n klein schattig bootje met drijvers aan de zijkant. Maar het snorkelen viel een beetje in het water; toen we bij het tweede rif aankwamen, vonden de mensen voor in de boot het handig om met z'n allen aan één kant van de boot te gaan staan. Waren we in één keer voortijdig aan het snorkelen... een mooie snoekduik naar de zijdrijver door onze bootman mistte op een haartje. Alles en iedereen, inclusief boot, kopje onder! Gelukkig was niemand gewond en moesten we alleen ons best doen om niet te ver af te drijven in de sterke stroming voor iemand ons zou komen redden! Snorkelen bestond deze keer uit het opduiken van alle zonnebrillen, snorkelmaskers, t-shirts, camera's etc. Gelukkig alles terug gevonden, maar helaas kunnen camera's niet zo heel goed tegen zeewater... Gelukkig hadden wij een héle héle handige waterdichte tas. Als geluk bij een ongeluk konden de foto's nog wel gered worden van onze bejaarde soloreiziger. Samen met twee andere boten is onze boot weer rechtgetrokken. Nadat ook oma weer uit het water was gevist, heeft de andere boot ons terug gebracht met onze boot op sleeptouw (de motoren waren niet bedoeld voor een onderzeeboot). Nu met z'n tienen in een boot bedoeld voor zo'n vijf personen... en deed iedereen nogal krampachtig z'n best om de balans te bewaren... Balance Balance!
Diezelfde middag zijn we er toen zelf maar met de kano op uit getrokken om toch nog ergens anders te snorkelen dan bij ons eilandje, wat we inmiddels kenden als onze broekzak. Alleen was de kano nogal log, groot en brak en het water nou niet bepaald kalm en kostte het 2 uur flink roeien om bij het andere eilandje te komen, wat toch zo dicht bij leek (iets wat we tegenwoordig een DCtje (Deceptively Close-je) noemen, en daar heb je er best veel van). Bleek ook nog voor niets al die moeite, want het water was door de stroming zo troebel dat je niets zag. So, dit water is echt onwijs troebel! Maar het eilandje is beroemd om de hoeveelheid 'grote koraalduivels' die hier rondzwemmen (of ze lijken eigenlijk meer te vliegen) en dat zijn er zo veel en ze zijn zo groot dat je er zelfs in troebel water genoeg tegen komt. Enge monsters... De mensen op het eilandje raden ons aan om nu toch maar eens terug te peddelen want de zee werd er niet rustiger op. Na ruim een uur, of waarschijnlijk langer, peddelen (maar nog niet halverwege) konden we gelukkig meeliften naar ons eilandje. Hoorden we dat ze ongerust waren geweest... Maar wat is nou de kans om twee keer schipbreuk te lijden op dezelfde dag?!!
Na een week relaxen wisten we nog steeds niet wat we na de Togean Islands moesten doen. Lastig hoor, al die mooie plekken en maar zo weinig tijd ;-) Maar aangezien er eindelijk weer een boot terug ging naar het vaste eiland en we voor de boot naar Gorontalo 8 uur moesten wachten voor we konden overstappen, zijn we maar blijven zitten en stonden 's middags weer in Ampana. Zoals jullie weten, geen plek om te blijven! En na wat research kwamen we er achter dat er een Pelni boot vanuit Palu naar Kalimantan ging en besloten we om nog een laatste poging tot dit typische Indonesische vervoer te wagen. Dus snel een bus gepakt en na een helse rit door de bergen (wat een slechte wegen ook in Indonesië!) kwamen we die nacht nog aan in Palu en hebben we de volgende ochtend kaartjes voor het dek weten te bemachtigen. En we zijn heel benieuwd! Een tripje van zo'n 37 uur, als er geen vertraging is. En dat is niet waarschijnlijk....
Palu is zeker zeer aangenaam vergeleken met Ampana, maar er is nog steeds niets te doen. Het is wel een goede ingang voor Lore Lindu National park, waar mooie megalieten verstopt staan. Maar die hebben we lekker niet gezien, want we hadden even geen zin om 3 dagen door de jungle te sjouwen en te moeten slapen onder bruggen als een of andere clochard. Wat betekent dat je 1: niet 'echt' in de jungle loopt en 2: de gidsen te lui zin om een overkapping in de jungle te maken zoals ze dat in Cambodja wel deden. Het strand van Tanjung Karang klonk een stuk aantrekkelijker. Hetzelfde idee als op de Togean, hutje inclusief drie (steeds dezelfde) maaltijden. Maar dit hutje was nogal ernstig veel brakker en met alleen een matras op de grond... Maar... So, dat water is echt onwijs helder! Helaas niet snorkelen, want Rogier had een oorontsteking opgelopen. Het voelde alsof iemand een stofzuiger in zijn oor had gedrukt... en vergeten was uit te zetten... Uiteraard geen pijn, want pijn is een keuze (al was het best een grote stofzuiger)! Maar we waren wel de enige twee toeristen op het stuk strand. Lekker rustig! Totdat om 22:00 uur een groep tieners van 9 man/vrouw sterk de hutjes naast ons in beslag namen, lekker knus met z'n vijven op één matras. Zo ongeveer alle hutjes op het hele strand stonden leeg en ze komen precies uit bij die van ons... Gelijk alle mobiele telefoons op max, gedaan met de rust. Al was het meezingen (vals!) misschien wel erger dan de liedjes zelfs... Gelukkig bleven ze maar één nachtje en hadden we nog een rustig tweede nachtje.
Terug in Palu nog wat boodschapjes gedaan voor onze Pelni reis. De haven was zo'n 40km buiten de stad, maar de reis ging zo voorspoedig dat we daar al veel te vroeg waren... de boot daarentegen kwam veel te laat. Dus 7 uur later dan gepland en na bijna 9 uur wachten, waren we eindelijk onderweg. We hadden de goedkoopste plekken, maar het viel ons hartstikke mee. Er waren douches en verhoogde platformen waar je op kon slapen. Best geruststellend, want op de ferry naar de Togeans liep er zo maar een rat over onze voetjes te dartelen (nu slechts een enkele trouwe vriend kakkerlak). Verder werd er regelmatig geveegd en gedweild en de prullenbakken geleegd en bleef het best schoon. Waarom we toch nog steeds kunnen zeggen: 'So, dat water is echt onwijs helder!' is wel een beetje raar, want als het schip netjes schoon is, wordt al het afval zo de zee in gegooid...
Het enige dat wel echt waardeloos was, was het eten. Witte rijst met serieus 1/2 eetlepel doodgekookte groente en 1 blauw gekookt ei... En nog een minpuntje was dat ze de airco hadden gesaboteerd... We waren bang dat we het koud zouden krijgen, maar jeetje wat een warmte! We smolten echt weg! Blijkbaar zaten we iets te dicht bij de machinekamer ofzo. Aangezien het zo warm was, hebben we maar veel tijd op het dek doorgebracht, lekker in de wind! Komen we terug, blijkt iemand een banaan en onze roldeodorant te hebben gejat. Een Indonesische jongen vertelde ons dat je tegenwoordig ook het haar van Justin Bieber kan kopen... blijkbaar is ons zweet populair :-) Iedereen wist wie het gedaan had, maar niemand durfde iets te zeggen. Schijnheilige pisangetjes! Dus dan maar echt alles meenemen naar het dek. Een beetje jammer wel! De tweede nacht onze matrassen ook maar naar het dek gesleept waar de temperatuur een stuk aangenamer was. De tweede nacht was eigenlijk niet ingepland maar die kreeg je er gratis bij met 7 uur vertraging. Je hebt iig wel waar voor je geld.
Vroeg in Nunukan hebben we afscheid genomen van ons luxe cruiseschip. Als ontbijt nog geprobeerd om ergens 'rijsttafel' te scoren, maar dat lukte niet. Dus afscheid genomen van Indonesië met een nasi ayam goreng. Rijsttafel en babi pangang bewaren we voor de volgende keer. Spekkoek is nog wel gelukt, bij een winkeltje onderweg met de bus. En wij maar zoeken bij de bakkerachtige winkeltjes, hihi. Verder moeten we ook nog een keer terug om een mooie foto te maken van de mensen die hier 'betelnut' kauwen en zulke rode lippen en tanden hebben alsof ze net head first een levende koe gegeten hebben. De mensen hebben hier trouwens sowieso echt heel slechte gebitten. Het ziet er niet uit. Zeker niet als ze die betelnut hebben gekauwd, ielhh! Bijzonder, want er zijn overal 'dokter gigi' (dokter tand) in overvloed. Wat die dan precies doen is ons niet duidelijk... Maar om terug te komen bij waarom we terug moeten komen in Indonesië is omdat het hier vooral heel erg mooi is! Maar eerst gaan we een paar dagen Maleisië voorproeven, voor we naar de Filipijnen vliegen!
Reacties
Reacties
Hoi Rogier en Elske,
Weer een stoer verhaal,maar wel luguber...Wat heb je een mooi kort koppie, Elske, staat je goed.Fijn verblijf in Maleisië.Pas goed op elkaar!
groetjes van Mari en Wilma
Tjee, wat een (voor ons) onvoorstelbare avonturen weer !
En jullie blijven er zo lekker nuchter (Nederlands?) onder !
Have fun nog, want het is september voor je het weet...
Groetjes !
Lieve Elske en Rogier, nou dat was me het verhaal wel
weer. Ik heb echt mee gegriezeld.
En dat er een rat over jullie voeten liep.
Ik word al helemaal gek bij het zien van een muis.
Maar dat is voor jullie niks natuurlijk.
Heel veel lieve groetjes,en pas een beetje op hoor.
We willen jullie wel graag heelhuids weerzien
Tante Janny.
Ai ai, jullie maken mij niet met alles jaloers hahaha: buffelhaar in je lunch, bloedbad, slangen en huge vissen, kakkerlakken, een boot die omvalt, wat een topvakantie hihi! Dat prive eiland met wit strand klinkt wel als muziek in de oren en saai is het iig niet!! en WAT een prachtige foto's weer zeg (jaja ik ben wel jaloers ;-) )XX
Hallo Elske en Rogier Wel heel erg spannend Wij deden t jullie niet na vooral dat er een rat over je voet loopt daar moeten we niet aan denken wel bedant voor al jullie belevenissen heel veel liefs en
De hartelijke groeten van Tante Jansje en Oom Gerrit
Hey wereldreizigers :-) Wat een avonturen weer! Ik had dat 'so, dat water is echt onwijs helder' van de Togean Islands graag willen zien, klinkt erg goed zo'n eiland voor je alleen en hele dag beetje relaxen en snorkelen. Maar dan jullie bootavontuur naar Kalimantan klinkt toch ook goed diehard, super joh! Ben jaloers op jullie verhalen en avonturen. Geniet er maar van en ben benieuwd naar de Filipijnen. X Celine
Lieve Elske en Rogier
Bedankt weer voor jullie interessante reisverslag. Niet gering wat jullie zoal beleven. Om die begrafenisrituelen mee te maken dat is toch wel héél bijzonder. Ga verder met genieten van jullie reis en blijf vooral jullie belevenissen mailen. En....pas goed op elkaar,hé?
Veel liefs
Groetjes, ook van Jan
Hi Rogier & Elske,
Wat een verhaal weer zeg!
Echt heel indrukwekkend, lijkt net een verzonnen verhaal! Dat jullie dat allemaal mee maken..
Ben heel benieuwd naar jullie volgende avontuur!
Heel veel liefs, ook van Keren.
Tot in september :) xxx
Hey Rogier en Elske,
Dat was weer een leuk stukje om te lezen en Rogier je had bijna je dragonpunch kunnen testen ;-)
Groetjes,
Rajesh
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}