Ons 3 landen gevoel in Nepal
Na onze trekking werd het dus tijd om het 'echte' nepal-gevoel te gaan ontdekken in de rest van Nepal, want wat we tot nu toe hadden gezien in Pokara en Thamel (Kathmandu) was vooral heel westerns en toeristisch. Voor we in Nepal aankwamen waren we in de veronderstelling dat Nepal voornamelijk Boeddhistisch was en dit klopte ook wel met wat we zagen in de Himalaya. Maar verder krijgen we de indruk dat het toch wel voornamelijk Hindoeïstisch is (en behalve het geloof zijn er heel veel invloeden die ons soms deden vermoeden dat we in India waren...) Om toch nog een beetje in de Boeddistische sferen van de trekking te blijven, zijn we eerst een dagje naar Swayambunath gegaan. Een grote stupa op een berg in Kathmandu, die ook wel de 'monkey temple' wordt genoemd. Iets wat we niet 'helemaal' begrepen, aangezien we wel geteld toch zeker één aap hebben gezien... Maar verder is dit wel een typische Nepaleese stupa inclusief veel goud, de 'goedkeurende' ogen van Boeddha en een schitterend uitzicht op de Kathmandu vallei.
Overigens is Boeddha ook heilig voor hindoes omdat hij gezien wordt als een reïncarnatie van Vishnu. Al willen Boeddhistische puristen hier uiteraard niks van weten. Boeddhisme is ontstaan uit het Hindoeïsme als tegen-reactie op het kaste-systeem (net als Jaïnisme en Sikhisme). In het westen kennen we boeddhisme vooral als een goddeloze religie, maar het (Tibetaanse) Boeddhisme in Nepal is een kleurrijke mengelmoes van Boeddhisme en Hindoeïsme en worden, naast Boeddha, ook de nodige meerarmige goden aanbeden. Zo, maar nu weer genoeg geschiedenis les...
Terug naar het Nepal-gevoel: in Kathmandu zijn er, naast de tempels op Durbar Square, echt heel veel tempeltjes. Op elke staathoek vindt je er zo ongeveer één. Als het er niet meerdere zijn. Sommige zijn helemaal verstopt in de binnenpleintjes tussen de huizen en begroeit met gras en mos. Die pleintjes zijn erg pittoresk en de locals hangen daar ook lekker rond met elkaar en een bakje chiya (thee). Dat is wel echt een beeld wat we van Nepal hadden, gelukkig toch nog een beetje Nepal gevoel ;-). Ook zijn we naar Durbar Square in Patan geweest. Net als in Kathmandu staan er allemaal Newari-tempels. De goden die hier aanbeden worden is ook weer een vrolijke mix tussen Hindoe en Newari goden. Een mooie is Bhimsen, de god van de handel... hoezo, wíj zijn kapitalistisch?
Na een aantal dagen relaxen in Kathmandu werd het langzaam aan wel tijd om het backpack-ritme weer eens op te pakken en om maar voorzichtig te starten gingen we een dagje naar Paunati, een dorpje in Newari-stijl. Je kon er ook nog een 'stukje' (lees: 3 uur enkele reis) hiken naar een Himalaya viewpoint, dus dat zouden we ook nog 'even' doen. Na de Newari-tempels van Panauti bekeken te hebben, begon onze wandeltocht en het blijkt dat we dat wandelen ook kunnen overdrijven; jeetje wat viel die dag ons zwaar! Blijkbaar was de 18 dagen trekking toch zo vermoeiend dat we nog steeds niet genoeg waren uitgerust. Er leek geen einde te komen aan het gewandel. Tussenstoepa Mano Boeddha hebben we maar met moeite gered. Weet-je: Mano Boeddha is een stoepa voor een monnik die, toen hij een hongerige tijgerin zag, die geen melk meer kon geven aan haar kleintjes, een stuk van zijn eigen been afsneed en aan de tijgerin gaf... Hierdoor werd hij verheven tot Boeddha. Helaas kwamen wij geen monnik tegen met een boel red bull toen wij uitgeput naar de viewpoint strompelden ;-) Ons eindpunt werd de eerste de beste weg waar we de bus terug naar Kathmandu konden pakken!
De busrit was een typische busrit voor hier. Het was weer eens stuiterdruk in de bus; wij zullen in Nederland nooit meer klagen dat het druk is in het openbaar vervoer! Als je denkt dat er nu toch echt niemand meer bij in kan, dan weten zij nog wel zo te duwen en te schuiven dat er 'met gemak' nog meer mensen mee kunnen. En als het in de bus niet meer past, ook niet lekker knus met z'n drieën op een tweepersoonsbankje half bij elkaar op schoot of op elkaar gedrukt in het gangpad, dan past het bovenop het dak nog wel! Met wat duwen en schuiven kwam Elske op de achterbank van de bus terecht (iets wat je eigenlijk niet wilt, gezien het enorme gestuiter achter in de bus) tussen een wat forse meneer en een nog forsere vrouw die haar kind de borst aan het geven was. Die vrouw en het kind hingen gezellig half over haar heen. Gelukkig ging de man op een gegeven moment weg, maar de man die er voor terug kwam was niet veel beter. Ze hebben hier namelijk niet zo'n moeite met lichamelijk contact in het openbaar vervoer en je moet dan ook niet raar opkijken als iemand half op je zit of gewoon zijn hand op je been legt. Maar ja, dat zijn wij natuurlijk niet gewend en dan zit je toch wat ongemakkelijk. Van een persoonlijke bel en van 1 meter afstand houden, zoals heel leuk in Elske's talentenanalyse staat, hebben ze hier nog nooit gehoord in ieder geval, haha! Laatst ging er ook een vrouw bij Rogier op zijn been zitten in de bus. We twijfelen of ze het helemaal doorhad, of dat ze misschien dacht dat het de armleuning was, maar toch was het apart en ook wel weer heel komisch!
En dan heb je nog de 'busboy'. Dat is een soort conducteur, die uit de bus hangt en steeds roept waar de bus naar toe gaat. Wij kunnen er meestal geen kaas van maken, net als zij dat niet kunnen van de door ons uitgesproken plaatsnamen als we op zoek zijn naar de juiste bus. Blijkbaar leggen we de klemtoon af en toe niet goed. Terwijl wij in gesprekken geen verschil horen tussen hun uitspraak en de onze :S Maar goed, die busboy, die overigens erg jong is (soms zijn ze niet ouder dan 14 volgens ons), die hangt dus de hele weg uit de bus, uit de open deur, te schreeuwen en te fluiten en te kloppen op de bus. Zo geeft hij signalen aan de busschauffeur (die ook erg jong is, maar wel iets ouder dan 14 gelukkig) over of hij al weer gas kan geven of moet stoppen etc. Ook als je langs een afgrond rijdt, wordt er door klopsignalen aangegeven of het allemaal nog goed gaat. Een soort geheimtaal, want er is echt geen touw aan vast te knopen of enige logica in te ontdekken. Zouden ze daar ook een school voor hebben?? Tussendoor klauteren ze ook nog op het dak om bagage vast te binden, en ook dat gebeurt onder het rijden, wat best hard gaat. Bussen worden hier gereden alsof het 4WD-jeeps zijn! De wegen zijn niet zo goed als in Nederland, hadden we al eens opgemerkt, en ze gaan echt met een rotgang over half verharde wegen en door kuilen etc. Verder wordt er door de busboy naar andere weggebruikers geschreeuwd en gefloten dat ze ruim baan voor de bus moeten maken. Om van het getoeter van de chauffeur zelf nog maar niet te spreken! Vooral riksjawallahs moeten het ontgelden en krijgen vaak een golf aan geschreeuw over hun heen. Gewoon wachten met inhalen tot het kan is geen optie. Iedereen zal en moet wijken voor de bus. En zo denkt elke bus erover.... Zelfs ambulances met sirene laten ze er niet door, ook die moeten maar wachten tot de busschauffeur het er naar heeft en hij geen last meer heeft van de ambulance. Ambulance chauffeur moet toch wel het meest frusterende beroep zijn hier...
Hoewel de daghike in Panauti vrij zwaar viel, waren we toch zat van het luxe lui lekkerland in Thamel; van het uitslapen en de luxe restaurants werden zo sloom. Het werd tijd om echt verderop in Nepal te gaan kijken. De eerste stop was Janekpur. En daar was het weer smoorheet! Net als in Kolkata en Bangladesh, dat het zweet gewoon opborrelt en in straaltjes van je lichaam loopt, ook als je niets doet. Dat was wel weer even wennen!
En dat was niet de enige overeenkomst met India... zo waren er weer legio koeien op de weg (helaas ook weg op het menu... want bij de Hindu's zijn ze weer heilig), is de saree weer de algemene klederdracht voor de vrouw, zijn er overal hetzelfde soort winkeltjes (die net lijken op rommelmarkt kraampjes, met van elk artikel een paar dozen die al jaren op zolder lijken te hebben gestaan), maar stond er gelukkig ook Indiaase curry en naan (zo lekker!) op het menu!! De Nepali keuken is niet onze favouriet zullen we maar zeggen. Zo goed de dal bhat op onze eerste trekking smaakte, zo zat waren we er van na de tweede trekking. En naast dal bhat is er eigenlijk niet echt een nepalese keuken. Wel heb je Newari (dat waren de oorspronkelijke bewoners van de Kathmandu vallei) restaurants, maar inmiddels kunnen we zeggen dat dat ook 'niet echt geweldig' is... Ook vanuit de bus zijn de straatbeelden redelijk hetzelfde, zo zie je dat elke vierkante meter wordt benut om bijvoorbeeld mais te verbouwen, zoals in de voortuin of in de berm langs de kant van de weg. Ook wordt de berm, en als die niet breed genoeg is de weg, gebruikt om de rijst of gras te drogen. Met als gevolg dat de bussen er gewoon overheen rijden... De schone was wordt ook overal te drogen gehangen; over tuinhekjes, prikkeldraad, struiken of gewoon in het gras. Hoewel we ons er niet meer zo over verbazen als de eerste weken, de neiging om óveral foto's van te maken zwakt wat af, het blijft opvallen hoe anders de dingen hier gaan. Hoewel dus vooral ons India-gevoel terugkwam, zijn er naast veel overeenkomsten tussen Nepal en India ook wel verschillen; zo verschilt de tijdzone in Nepal een kwartier met India; om duidelijk te maken dat ze nu toch echt niet meer bij India horen en is cricket niet langer volksport nummer 1, maar juist voetbal is hier heel populair! En dat kwam dus even heel goed uit!!
We kijken thuis eigenlijk nooit voetbal en hadden van het WK ook nog niets gezien, ondanks dat je in Thamel (toeristenwijk van Kathmandu) in elke kroeg/restaurant live voetbal kon kijken. Wel kregen we daar per ongeluk te horen dat Nederland het zo gek nog niet deed, en de wedstrijd tegen Slowakije, dat net Italië had weggespeeld, hebben we toen toch maar even gekeken. En we wonnen! Woh! Toch maar eens de standen in de gaten houden, want misschien moeten we wel ergens de finale gaan kijken! Dat leek ons wel erg grappig, maar tegelijkertijd niet echt realistich.
Terug naar Janekpur; de hotelkamer hier was alles behalve geweldig, maar we hadden wel een tv (met heel veel ruis) op de kamer, en tijdens het zappen kwamen we tussen de spikkels toevallig het Nederlands elftal tegen, 1-1 tegen Brazilië... We waren nog net op tijd om die overwinning te zien. Geweldig!!
Verder heeft Janekpur, naast veel ruis, ook véél stof, vooral door de overvloed aan zandwegen (of is het het gebrek aan verharde wegen...). Maar het stadje is vooral bekend vanwege zijn rol in de Ramayana, het heilig hindoeboek, en staat dan ook vol met tempels die gewijd zijn aan Rama en Sita. Veel tempels hier zijn geheel in 'Disney' stijl, oftewel met heel veel (teveel?!) kleurtjes en met levensgrote 'nogal' kitscherige figuren... met heel veel hoofden!? Niet echt onze smaak, maar was een vrolijke afwisseling op de pagode stijl tempels in de rest van Nepal. Verder wordt in Janekpur the monkey god, Hanuman, aanbeden in de vorm van een levende Makaak. Nou ja, levend... de aap, die in een veel te klein hokje zit, wordt helemaal volgestopt met bananen en snoep die bedevaarders voor hem meebrengen, en was inmiddels, na het bereiken van een mega gewicht van 55 kg, overleden. Zijn voorganger had zelfs een gewicht van 60kg bereikt, wist de priester van de tempel vol trots te vertellen... gelukkig had de laatste aap geen zoon meer, waardoor er geen nieuwe aap meer in een veel te klein hokje gestopt werd. Beetje jammer dat er in een andere tempel wel een hele zielige 'monkey god' in een veel te klein hokje zit. We zagen het al eerder; van een levende god zijn, wordt je niet echt bepaald gelukkig...
Vlak buiten Janekpur ligt het dorpje Kuwa, dat is gebouwd in traditionele Mithila stijl met kleihuisjes waarvan de muren kleurvol zijn beschilderd met afbeeldingen van mensen en dieren. Althans die zouden er moeten staan... beetje jammer dat de paar kleihuisjes die er nog stonden, niet meer beschilderd waren. Waarschijnlijk was de verf er afgesleten of -geregend. We hebben al regelmatig gezien dat huizen worden geschilderd met waterverf ;-) Er schijnt wel elk jaar een festival te zijn, waarbij de huizen opnieuw worden beschilderd, maar zover was het blijkbaar nog niet (het is, denken wij, ook wel handig om daar mee te wachten tot na de monsoon... dus helemaal ongelijk geven kunnen we ze ook niet). Tegenwoordig verdienen veel van de dorpsvrouwen een zakcentje bij met het verkopen van mithila schilderingen op canvas. Misschien dat ze daarom ook niet echt zin meer hebben om hun eigen huis te schilderen ;-) De muren van het 'development center' waar de schilderijen gemaakt worden, was gelukkig wel mooi versiert met 3D klei figuren, zodat we toch nog een beetje een idee kregen van hoe het eruit zou moeten zien. De kleurtjes hebben we er zelf maar bij gedacht ;-)
Om ons geluk met de tijgers nog maar eens te beproeven (poging 4...) zouden we naar Bardia National Park gaan. Maar omdat dat zo uit de route ligt hebben we Bardia geruild voor Chitwan. Daar zijn ook tijgers en dat scheelde toch weer zo'n 10 uur (enkele reis) in de bus! Ons guesthouse had beschilderde kleihuisjes, niet met afbeeldingen van mensen, maar met afdrukken van mensen; het huisje was rondom versierd met de hand- en voetafdrukken van een baby... we zagen zo voor ons hoe de hoteleigenaar daar heeft gestaan met een pot (water)verf en zijn zoontje, haha!! De eigenaar kwam ons trouwens meteen waarschuwen dat er 's avonds een wilde olifant door de tuin loopt en dat we dus wel een beetje (?!) moesten oppassen... mwahaha! Echt enorme pootafdrukken stonden er in de tuin en in het rijst/maisveld ernaast. Blijkt dat het mannetje elke avond op bezoek gaat bij de tamme vrouwtjes...die aan de ketting staan. Zo gaan zelfs perverse olifanten-fantasieën in vervulling ;-) Best grappig, totdat we na de overwinning op Uruguay (whoeh!!) thuiskomen en blijkt dat hij zowel de eletriciteitskabel als de waterleiding kapot heeft gestampt... geen licht is nog te doen (dat zijn we inmiddels wel gewend met de powercuts), maar geen water is zó lastig!! Helaas hebben we de wilde olifant zelf nooit gezien, alleen gehoord.
Kon je in India alleen heel laf op een olifant neushoorns, olifanten, en tijgers spotten, in Nepal kun je dat gewoon met de benenwagen. Twee gidsen met bamboestokken mee; niks aan het handje. We hadden gekozen voor een uurtje kanoën en daarna te voet de jungle in. Voor we de kano in stapten zagen we al een groep gevlekte herten en een krokodil in het water liggen. De rand van onze uitgeholde boom stak toch zeker wel 10 cm boven het water uit, dus dat maakte het gelijk spannend! En onderweg zagen we nog een gaviaal op de oever liggen, dus dat begon goed.
Voordat we gingen wandelen, waren we ingelicht over welke dieren er allemaal waren en vooral ook wat je moest doen als we in een 'vervelende' (lees: gevaarlijke of zelfs levensbedreigende) situatie kwamen met bijvoorbeeld de neuwshoorn, wilde olifant, beer of tijger. Erg gezellig allemaal en Elske had na dat verhaaltje toch wel wat twijfels over het hele avontuur, maar aangezien de kano al weer weg was, was er geen andere weg terug dan lopend door de jungle. Zwemmen door de rivier waar de krokodillen zaten, die we net vanuit de kano hadden bewonderd, leek ook niet echt een optie... Dus toch maar de jungle in... gelijk in het begin zagen we twee neuwshoorns die lekker aan het badderen waren, totdat wij blijkbaar te veel lawaai maakten en ze er echt in een heel rap tempo vandoor gingen. Wat zijn die beesten groot! En zó snel, dat hadden we niet verwacht. Uiteraard ga je ze dan achterna! Tot we geheel onverwachts, ook voor onze gids, op een paar meter afstand van een neushoorn stonden. Je verbaast je hoe goed zo'n groot (en hij was héél groot) beest gecamufleerd is in het bos. Elske omschreef het als: ik zag een hele grote grijze vlek = wegwezen. Precies wat onze gids dacht en we moesten heel snel, maar vooral voorzichtig en stilletjes, weer achteruit. Oog in oog met de neushoorn, en met nog twee andere neuwshoorns vlak bij, waren we soort van omsingeld. Ondertussen was Elske druk aan het uitkijken naar bomen waar ze in kon klimmen, want dat is wat je het beste kan doen als een neushoorn met 40 km per uur achter je aan komt stampen. Gelukkig was boomklimmen niet nodig en konden we na een tijdje muisstil wachten weer verder wandelen. Uiteraard ga je hem dan nog een keer zoeken!?!?!?? Totdat één van de gidsen tegen ons zei 'misschien moeten jullie even tegen de andere gids zeggen dat jullie genoeg neushoorns hebben gezien, want naar mij luistert hij niet...' ah ha... Hoewel we steeds op neushoorn jacht bleven gaan, waren de gidsen zelf ook wel een beetje geschrokken van de neuwshoorn die ineens voor ons stond, zeiden ze achteraf...
De tocht ging verder door de jungle en door het zogenaamde 'olifanten' gras. Eerder 'geen-olifanten' gras, want met een lengte tot 8m (nee, geen tikfout) kan zelfs een grote olifant hier gemakkelijk verstoppertje spelen. Het is ook wel apart om daar door heen te lopen, wetende dat je geen idee hebt van wat er naast je kan lopen... Maar zo veel dieren we gelijk in het begin zagen, zo weinig zagen we er de rest van de dag. Wel hebben we nog een grote schildpad zien zwemmen, een wild varken zien rennen, 'langur monkeys' gezien en een 'tamme' olifant zien lopen. Maar waar het hele bezoek aan Chitwan om begonnen was, de tijgers, die hebben we weer niet gezien... Volgens onze gidsen hadden we naar Bardia moeten gaan; daar heb je een goede kans om tijgers te zien... Tja, laat nou maar zitten!
De volgende dag heeft Rogier nog met een tamme olifant in het water gespeeld. We dachten dat je de olifanten ging wassen en schrobben, maar dat was niet het geval. Je mocht op zijn hoofd gaan staan en dan in het water duiken... echt alleen voor de toeristen... beetje jammer en ook wat zielig voor de olifant vonden wij! Verder zijn we naar het olifanten broedcentrum geweest, waar in 2008 een tweeling was geboren. Na de flinke wandeling naar het broedcentrum hebben we een pataje orlog gegeten! Jawel, er stond gewoon patatje oorlog op het menu, weliswaar verkeerd geschreven. Maar het was wel komisch en lekker!
Inmiddels zaten zelfs wij in de voetbalsfeer en hebben we ook de wedstrijd Duitsland-Spanje gekeken die bij ons pas om 12.15 's nachts werd uitgezonden; we waren toch wel erg benieuwd naar wie onze tegenstander zou worden. Dus terug naar het grote scherm in het restaurant om samen met de locals voetbal te kijken. Voor de wedstrijd begon werden de videoclips van de Vengaboys gedraaid! Het is dat ze uit Nederland komen, maar jeetje, dat we dat ooit leuk gevonden hebben. Hier in Azië vinden ze het nog steeds te gek, en hebben we al eens eerder mee kunnen zingen in de vengabus ;-) Tegen de tijd dat de voetbal begon zat het helemaal vol met locals en een paar toeristen. De locals gingen helemaal los! We wisten niet wat er gebeurde en vonden het wel grappig dat ze zo fanatiek zaten te juichen etc. We weten nog steeds niet waarom, maar ze waren allemaal voor Spanje, en bloedje fanatiek! Het was net of Nepal zelf aan het spelen was. Dat belooft nog wat voor de finale!
Maar voordat we de finale moesten spelen, gingen wij eerst naar Lumbini, de geboorteplaats van Boeddha. We hebben op weg hier naar toe voor het eerst boven op de bus gezeten! Eindelijk! Dat moet je hier toch een keer gedaan hebben :D Daar kwamen we Azusa en Koichi tegen, een stel Japanners die 2 jaar (woh!!) aan het reizen zijn als honeymoon. Het was een prima stukje voor een rooftop-rit en gelukkig reden we niet te hard, zodat we met wat acceptabel hobbelen heerlijk in de wind zaten, konden genieten van het uitzicht en gezellig hebben gebabbeld over onze reiservaringen. Het was wel stikheet als de bus stilstond, want het zonnetje scheen goed die dag! In een uurtje tijd, waren we weer leuk rood gekleurd :S Je zou denken dat ons tere huidje na ruim vier maanden zon wel iets gewend is... Onderweg kwamen we langs allemaal dorpjes van kleihuisjes, rijstvelden en heel veel mangobomen. En wat zijn die mango's lekker! Zulke heb je in Nederland niet! En zeker niet zo goedkoop, laatst hadden we twee kilo voor 50 roepie, is ongeveer 55 eurocent. Haha!! Al was dat wel een echt koopje, meestal kost het zo'n 50 roepie per kilo. Bijna elke dag halen we een kilo :D bij de kraampjes die overal te vinden zijn met bergen mango's en ander lekker fruit.
In Lumbini zijn door verschillende landen tempels gebouwd rondom de geboorteplek van Boeddha en we hadden van Gavier (een jongen die we in Bangladesh hadden ontmoet en in Nepal tijdens de trekking weer tegen kwamen, zo grappig!) gehoord dat je in de Koreaanse tempel kon blijven slapen. Dat hebben we natuurlijk gedaan! Mannen en vrouwen mochten geen slaapzaal delen en dat was toch wel een beetje gek; voor het eerst in ruim vier maanden gingen we apart iets doen. Ware het niet dat Azusa kwam vragen of het goed was dat we toch stiekem van slaapzaal zouden ruilen. Wat een boefjes... Het is maar goed dat de meneer die alles regelde geen monnik was, want volgens mij had hij ons wel door. Ook konden we mee eten in het klooster, maar dat betekende wel vroeg opstaan! Al voor zessen ging de bel voor het ontbijt; rijst en roti met curry's, koreaanse soep, thee en mango's! Nadat de monniken hadden opgeschept, was het onze beurt. En zo ging het ook met de lunch en avondeten. Luxe hoor, nu hoefden we zelfs niet na te denken over wáár we gingen eten ;-) En zolang de voorraad strekte kon je bijvullen. We moesten wel zelf onze bordjes en kopjes afwassen. Maar voor zo'n € 2,50 slapen en 3 x per dag eten, mag je niet klagen natuurlijk. Ook konden we een gebedssessie meemaken, of beter gezegd meedoen, aangezien Azusa gelijk wat matjes voor ons te voorschijn trok. De sessie bestond vooral uit het zingen van mantra's (wij hebben ons maar stil gehouden...) en heel veel zitten, staan, zitten, staan en buigen op commando van één van de monniken met een soort klein trommeltje. Best vermoeiend uiteindelijk of misschien zijn we het gewoon niet gewend. Maar erg leuk om een keer meegemaakt te hebben.
In Lumbini zijn ze bezig met een soort masterplan van een groots park met tempels etc om de geboorteplek te eren. Op de precieze geboorteplek is een (lelijke) tempel gebouwd en binnenin is een zandstenen afbeelding van de geboorte te zien. Daar onder ligt een 'markerstone' (in kogelvrij glas!?) die de exacte geboorteplek aangeeft... Deze plek is heilig en door pelgrims worden hier offers van bloemen, kokosnoot, gekleurd poeder en rijst gebracht. Wat vervolgens doodleuk door de bewaker wordt weggeveegd... soms al voor de mensen die het offer brachten de tempel hadden verlaten, hihi. Het duurt nog wel even voor het hele park af is, aangezien eea door donaties wordt gefinancierd en veel tempels waren daarom nog in aanbouw. De tempels die af waren, waren erg mooi (behalve die ene dan). Leuk om de verschillende stijlen tussen de landen te zien. Ook de Koreaanse tempel was nog niet af, maar hij was wel erg indrukkendwekkend groot! Eigenlijk zouden we over een paar jaar terug moeten gaan om te kijken hoe alle tempels geworden zijn.
Na een paar dagen genieten van de rust, fijne sfeer en goed Koreaans eten, hebben we onze semi-roomies gedag gezegd en gingen we naar Tansen. Daar eenmaal aangekomen konden we het hoogteverschil weer goed merken, het was hier een stuk frisser! Er lagen zelfs weer dikke dekens op de bedden. Niet daar we daar onder geslapen hebben; ze stonken enorm naar oud zweet, bah! Dus dan maar lekker fris (2x) onder ons eigen reislakentje slapen. In Tansen hebben we voor het eerst gegeten in een Newari restaurant, want dat was iets wat je moést doen in Nepal. Zoals hierboven al gezegd, was het niet echt een succes. We hadden de Newari set snacks met eend en buffel besteld. De choyla (gedroogd vlees met gember en chilli) klonk op zich goed, maar het was niet echt geweldig, veel bot en vette stukjes waar je een eeuwigheid op kon blijven kauwen, de gekruide aardappelen in curd (dikke yogurt) waren gewoon niet lekker en de chewra (geplette en gedroogde rijst) was vooral heel droog. Maar goed dat er een redelijke hoeveelheid curry bij zat die wel ok was. Toen we eindelijk ons bord bijna helemaal leeg hadden gekauwd, hebben we nog maar even lekker momo besteld! Typische andere Newari gerechten (die hier niet op de kaart stonden trouwens, anders had Rogier het vast geprobeerd) zijn onder andere jan-la: rauwe steak met de huid er nog aan, ti-syah: gefrituurd ruggemerg en cho-hi: gestoomde bloedpudding... Eet smakelijk!!???
Na een relaxt dagje door Tansen gestruind te hebben en een korte wandeling door de mist en motregen naar de top van Shreenagar Danda (ja, we hadden inderdaad wéér geen uitzicht door de mist... ) moesten we nog wat tijd doden in het hotel tot de finale om middernacht zou beginnen. Spannend! Biertjes en chips waren ingekocht, het scherm op het plein geïnspecteerd en we hadden besloten om daar te gaan kijken, samen met de locals. En toen hoorde ik ineens Azusa ergens verderop! Zij heeft zo'n aanstekelijke lach en grappige (typisch Japanse) manier van praten, dat zij het wel moest zijn. En ja hoor! Aan de overkant zaten ze een biertje en raksi (locale wijn) te drinken. Azusa's lach had nogal een aantrekkingskracht op de locals en in een mum van tijd zat het hele tentje vol en was het erg gezellig. We zouden met z'n allen op het plein naar de finale kijken, en ze zouden allemaal voor Nederland zijn! Helaas hadden Azusa en Koichi iets te veel gedronken en lagen ze te pitten tegen de tijd dat de wedstrijd begon. Dus wij met ons tweetjes naar het plein. Het weer droeg zijn steentje bij aan ons Holland-gevoel want het regende, grrrrrr!, en gewapend met regencaps kwamen we rond 23.30 uur bij het plein aan dat al helemaal vol stond met locals. En het is niet te geloven met welk gejuich we daar werden verwelkomd! WOH, het was alsof wij moesten spelen en al gewonnen hadden, haha! Er werden bankjes voor ons gehaald en we kregen een ereplaats helemaal vooraan. De sfeer zat er goed in en het liedje van Shakira is echt een hit. Iedereen was aan het zingen en het dansen. Echt heel leuk! En toen viel de stroom uit. NEEEEE! Het was nog maar paar minuten voor de wedstrijd begon en iedereen begon keihard te schreeuwen. Het organisatiecommitte had gelukkig voor een generator gezorgd en we waren net op tijd weer in de lucht om het Wilhelmus mee te zingen; dat was lang geleden.
De meeste Nepalezen zijn voor Spanje. We weten niet precies waarom, maar we denken dat het is omdat zij denken dat Nederland in het voordeel is omdat de spelers zo lang zijn... We hebben hier ook
al regelmatig de Nepaleze versie van de evolutietheorie moeten horen over waarom Nederlanders (behalve wij dan) zo lang zijn; dat is omdat wij onder zeeniveau leven en om boven het zeeniveau uit te
kunnen kijken, zijn wij steeds langer geworden :D
Maar goed, de meesten locals waren dus voor Spanje en wij hoopten extra hard dat onze jongens zouden winnen. Hoe dit verhaaltje verder ging, hoeven we jullie niet te vertellen... Wat ongelooflijk
jammer zeg!
De volgende dag zouden we naar Ranigath lopen, maar omdat het inmiddels 4 uur 's nachts was voor we in bed lagen hadden we besloten dat een dagje uit te stellen en lekker uit te slapen. En dan is het wel érg zuur dat je gewekt wordt door de herhaling van die slopende finale-wedstrijd die de buurman in het hotel aan het kijken is... GRRRR! En dan regent het ook nog eens de hele dag. Uit protest hebben we de hele dag in bed gelegen en een boekje gelezen en deels dit verhaaltje (nou ja verhaalTJE) getypt, haha.
Ranigath hebben we uiteindelijk niet meer gezien. De monsoon komt ons nu toch wel met zekere regelmaat (lees: elke dag) pesten en om nou een trekking van zo'n negen uur door de regen en over slipperige paadjes te doen, vonden we niet zo'n aantrekkelijk vooruitzicht. Negen uur wandelen klinkt sowieso nog steeds niet echt aantrekkelijk... Nog maar een keer uitgeslapen dus en op het overdekte dakterras een dagje gezellig gerelaxt met Koichi en Azusa. Zij was jarig en Koichi had stiekem een taart laten bakken. Die hebben we 's avonds als toetje, na de eindelijk weer eens erg smakelijke dal bhat, samen met de locals opgegeten. De taart was knalroze en felgroen en zo zoet als hij eruit zag smaakte hij ook, beetje naar schuimpjes. En natuurlijk moest er raksi (geschonken uit een jerrycan, kost dan ook maar 10 roepie per beker) gedronken worden! De locals bleven Koichi en Rogier maar bijvullen... haha. De dames waren keurig aan de thee...
Na de volgende dag om 5.15 uur, pfff, uitgezwaaid te zijn door Koichi en Azusa hebben wij de bus naar Bandipur gepakt. Een heel pittoresk en sfeervol dorpje waar je leuk kan wandelen. Op anderhalf uur lopen (ze hadden er niet bij verteld dat het 1,5 uur naar beneden glibberen is, en vervolgens dus weer omhoog) ligt de grootste grot van Nepal. Tijdens de monsoon loopt een gedeelte helemaal onder water, maar nu was de grot nog redelijk goed begaanbaar. De grot heeft een paar mooie stalagmieten/tieten formaties waar je, met heel veel verbeelding, tijgers, bloemkolen en olifanten in kon zien. Voor hindoes is de grot heilig en zo wordt de olifantformatie als een afbeelding van Ganesh gezien en stalagmieten als een 'lingam' symbool voor Shiva (of letterlijk de penis van Shiva, de schepper) die helemaal glad gesleten zijn, omdat iedereen er een rondje omheen loopt en er met zijn hand over wrijft. De weg omhoog ging gelukkig een stuk voorspoediger en zonder te testen hoe hard de stenen zijn als je er op valt. Dat hadden we immers op de weg naar beneden al veel te vaak gedaan... auw!
Bandipur was zo relaxt dat we bijna besloten hadden een dagje langer te blijven, was het niet dat we ons enigszins verplicht voelden om ook even in Gorkha te gaan kijken. De Gorkha's hebben een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Nepal en vooral de kenmerkende messen, Khurkuri, kun je hier overal kopen in (toeristen)winkeltjes. De Gorkha's zitten overigens ook in India (o.a. Darjeeling) waar ze graag hun eigen staat Gorkhaland willen claimen. Gorkha is, zoals de naam al doet vermoeden, een soort van hoofdstad van de Gorkha's, waar ook het paleis van de Gorkha's staat. Na 1500 traptreden omhoog kom je bij een fort uit waarbinnen het paleis en een aantal tempels staan, allen uitgevoerd in de inmiddels wel bekende Newari-stijl. Het schijnt weer allemaal reuze gevaarlijk te zijn, want het leger is volop aanwezig om Alles te controleren. Het piste van de regen, maar we werden bevolen om onze paraplu in te klappen. Toen we vroegen waarom dat moest, werd meneer soldaat wat geïrriteerd... hihi. Waarom er weer zoveel legerpersoneel was weten we niet; meer dan een chagrijnige priester die naar ons schreeuwde, en later toch we weer lachend op de foto wilde, hebben we geen gevaar bespeurd. Oh ja, en wel heel gevaarlijk... zaten we te eten in een lokaal eettentje, komt het huilende zoontje van de eigenaar aanlopen, trekt zijn broek naar beneden en piest zo het restaurant in... huh... Behalve dat hij een tik van zijn moeder kreeg, gebeurde er niets. Er werd ook niks opgeruimd... Hoe bedoel je hygiënisch... haha. Het eten smaakte prima, maar Rogier kreeg toch wel een extra gratis voedselvergiftiging kado. Wie weet waar het jochie nog meer heeft gepiest...??? Iehhh!
Gelukkig had Rogier de busreis naar Kathmandu nog redelijk overleeft en begon de ellende pas echt goed toen we weer terug in ons vertrouwde hotelletje waren, met comfortabel een eigen wc. Na een dagje was Rogier weer redelijk hersteld, zodat we onze laatste bezienswaardigheid in Nepal konden gaan bekijken: Bodhnath, waar de mooiste en en één van de grootste stoepa's van Nepal staat. En mooi, groot, met goud versierd, behangen met vlaggetjes en compleet met 'goedkeurende' ogen van Boeddha was ie! Elke dag loopt hier een grote massa bedevaarders klokwaarts rond de stupa. Een groot deel zijn Tibetaanse vluchtelingen, waardoor we al goed in sfeer kwamen voor ons reisje naar Tibet!
Na wat rondvragen bleek dat je met geen mogelijkheid zelf door Tibet mag reizen. Je moet áltijd een gids bij je hebben, bah! Maar omdat we erg graag met de hoogste trein ter wereld China in wilden reizen en Tibet ook willen zien, hebben we besloten om dan toch maar mee te doen met de (veel te dure!!) georganiseerde 'opa en oma' rondreis van 8 dagen. Voor we door Nepal gingen rondtrekken, hebben we ons paspoort afgegeven bij de touroperator, zodat ons visum in orde gemaakt kon worden. Het is nu maandagavond 20 uur en we hebben net ons visum en paspoort gekregen... morgenochtend om 5.30 vertrekt de bus...phew net op tijd! Zover wij kunnen zien is alles gelukt; een groepsvisum voor ons groepje van twee voor 30 dagen, zodat we na Lhasa door kunnen reizen naar China. De gids zal ons de 8e dag op de trein moeten zetten en vanaf daar zijn we dan weer 'vrij', jeuh! In Xi'an ofzo hopen we een verlenging van het visum te regelen; 22 dagen voor China is natuurlijk véél te kort. Maar eerst gaan we ons laten rondrijden door Tibet!
Nederland is nu ook in vakantiesfeer en wij wensen iedereen veel plezier. Geniet!
Reacties
Reacties
Hoi Elske en Rogier,
Buiten het feit dat jullie verhalen zo lekker weg lezen ( dat is jammer, want als het uit is wil je meer verhalen) is het ook nog eens informatief.
Ik heb nog nooit zoveel gelezen over deze cultuur en gewoontes. Dus buiten lekker lezen is het ook heel leerzaam.
ik bedacht mij dat als jullie terug zijn, je alle verhalen en foto's zou moeten afdrukken / uitprinten en er een mooi boek van zou kunnen maken.
Wat een geweldige herinnering om er dan later weer eens door heen te bladeren.
Groetjes Katinka
hoi rogier en elske,
de verhalen en foto's zijn weer super!!! ik zit op dit moment in hanoi vietnam en het is hier fantastisch,jullie moeten hier ook naar toe!!!
groetjes erwin
Hoi Elske en Rogier
Weer een prachtig reisverslag,( ook voor jullie zelf), leest lekker weg alsof je er zelf bij bent. Goh en dan oog in oog staan met een neushoorn, brr. Nou tot de volgende avonturen.Pas goed op elkaar en geniet!
liefs Mari en Wilma
HALLOOOOO LIEVE NEDERLANDERTJES!!!
Heb jullie nog NOOIT zo erg in de HUP HOLLAND sferen mee gemaakt, haha! nou, saai is het iig niet daar, weer veel beleefd!
Die tijgers hebben er zin in, woehaha, ik vind het denk grappiger dan jullie ;-) maar: jullie hebben nog even!
fijn om weer wat (nou ja wat, heel wat ) te lezen!
2 dikke zoenen van mij! XX
Hoi Rogier en Elske,
Wow! Het lijkt net alsof je er zelf bij bent als je jullie verhalen leest. Ik ben het met Katinka eens dat het naast high entertaining ook nog informatief is :-)
Geniet van de vele nog onbekende avonturen en om David Livingston's woorden maar eens te gebruiken: Be prepared to go anywhere, provided it be forward.
Groeten vanuit Wilmington
Paul vZ
Hoi Rogier en Elske,
goed om te lezen hoe leuk jullie het hebben (alleen heb ik nooit tijd om het helemaal te lezen).
Nog een update van het thuisfront: je hebt een vet vrijgezellenfeest van Preet gemist (hij trouwt 13 augustus) en Rajesh heeft z'n enkel gebroken (operatie deze week). Hier voor de rest alles same same. Ik maak me op voor weer knallen op Lowlands over een maandje.
groetjes, Ivan.
Ik wens jullie ook daar fijne Kerdtdagen en een heel gelukkig nieuwjaar x
Heel veel sneeuw hier, van mij mag het nu al zomer worden...
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}